Jeumig (deel 1)

Met tegenzin hielp ik mijn vader met het leeghalen van de auto. Het was een te gekke vakantie geweest, maar hij was nu toch echt voorbij. Over twee weken begon de school alweer. Daar wilde ik al helemaal niet aan denken. Ik zuchtte een keer en liet de bagage met een plof in de gang op de grond vallen. Nog twee, dan was eindelijk de auto leeg.
‘Tent hangen we morgen wel uit,’ zei mijn vader zonder dat ik er veel erg in had.
‘Gelukkig,’ zuchtte ik.
Mijn vader grijnsde. ‘Moe?’
Ik knikte.
‘We drinken nog wat en dan gaan we allemaal naar bed, denk ik.’ Hij sloeg me even zachtjes op mijn schouder en sloot de auto af. ‘De rest komt morgen wel,’ knikte hij naar zijn auto.
Mijn moeder was binnen nog druk bezig met wat tassen leeg te halen boven. Mijn vader riep haar. Ze riep iets terug, maar we konden niet horen wat. Een minuutje later kwam ze de trap af met Evelyn, mijn zusje, achter haar aan.
‘Nog wat drinken?’ vroeg mijn vader terwijl hij zich uitrekte.
‘Lekker,’ zei mijn moeder.
Mijn vader keek in de huiskamer even snel door de post heen terwijl mijn moeder wat inschonk voor ze. Evelyn en ik deden het zelf. Tegelijk ploften we in de bank. Ik had de tv aangezet. Mijn ouders praatten nog wat maar ik staarde alleen maar naar het scherm. Mijn zusje ging naar bed, ze was echt moe van de reis terug.
‘Het was een leuke vakantie,’ zei mijn moeder toen Evelyn weg was.
‘Ja,’ bevestigde ik kort.
Ze keek me even onderzoekend aan maar zei verder niets.
‘Ik ga naar bed,’ zei ik en stond op.
‘Welterusten jongen,’ zeiden mijn ouders tegelijk.
Ik glimlachte en ging naar boven. Ik nam mijn rugzakje mee en gooide die op mijn bed. Ik ging er naast zitten en haalde hem leeg. Mijn telefoon, die ik meteen weer aan zette, wat souvenirs die ik gekocht had. Ik keek er naar, glimlachte. Zette de pet die ik gekocht had even op, gooide hem daarna op mijn bureau. Ik kleedde me uit, mijn telefoon piepte. Ik ging op mijn bed liggen, kroop onder het dekbed en keek naar het berichtje.

“Miss you.”

Ik zuchtte, stuurde meteen hetzelfde terug. Ik dacht er ineens aan dat ik vroeger, toen ik nog klein was altijd huilde als we terug waren van vakantie. Ontroostbaar was ik altijd. Dat deed ik al jaren niet meer, maar nu had ik er toch moeite mee. Ik bladerde nog even door de foto’s die ik met mijn telefoon gemaakt had, slikte een keer bij één foto voelde mijn ogen prikken. Zachtjes huilend viel ik in slaap.

De volgende dag was ik een stuk frisser. Ik had nog wel een raar gevoel in mijn maag en mijn hoofd, maar op zich had ik mezelf wel onder controle. Ik hielp mijn vader met de tent, die moest uitgehangen worden om te laten luchten en te laten drogen. Dat was zo gebeurd. Daarna wilde ik weg. Ik moest afleiding hebben. Ik belde Jelle, wie anders. Jelle was mijn vaste kameraad. We woonden in hetzelfde dorp, zaten op dezelfde school. 15, net als ik. We hingen vaak samen, overal. Op school, hier in het dorp, dikke maatjes, al jaren. Hij nam enthousiast op.
‘Mark! Hoe is het?’
Ik glimlachte. ‘Gisteravond thuis gekomen.’
‘Hoe was het?’
‘Gaaf. En bij jou?’
‘Leuk geweest, echt waar.’
‘Ben je thuis?’
‘Kom maar langs. Praten we effe bij.’
‘Is goed,’ zei ik en sloot af. Ik zwaaide naar mijn moeder, die snapte wel waar ik heen ging. Binnen vijf minuten liep ik bij Jelle de tuin in. Hij zag bruin en hij grijnsde. Hij bleef zitten, we sloegen de handen tegen elkaar.
‘Pak een stoel.’
‘Bruine kop heb je.’
‘Spaanse zon, jongen.’
Ik lachte. ‘Hier nog iets gebeurd de laatste week?’
Jelle was al een week thuis. In totaal hadden we elkaar vier weken niet gezien.
‘Er schijnt gevochten te zijn in de schuur.’
‘Wat?’
De schuur was onze eigen keet in het dorp. Er kwamen veel jongeren. Waar moesten we anders heen op een vrijdagavond? In de kroeg keken ze ons buiten, waren we te jong. Geen idee hoe de schuur ontstaan was. Volgens mij was het een verjaardag van Jeroen. Hij had de oude schuur naast hun huis gebruikt. Paar oude banken er in en feesten maar. Er was alleen zoveel drank over dat er een week later een opmaakfeestje was. En die duurt nou al meer dan een jaar. Zijn ouders lieten het toe. Jeroen en een paar vrienden kochten in, je betaalde per fles of blikje voor de kostprijs. Binnenkomen kon niet zomaar. Je kwam altijd binnen via iemand, nooit zomaar alleen. “Invitation only.” En Jeroen moest het goedkeuren.
‘Een dag voordat ik thuis kwam,’ ging Jelle verder.
‘Wie?’
‘Wie denk je? Hendrik natuurlijk. Lompe lul.’
‘Wie had hij deze keer?’
‘Geloof je nooit.’
Ik haalde een keer mijn schouders op.
‘Kjeld.’
‘Kjeld?! Wat deed die in de schuur?’
‘Ik heb geen idee. Maar hij was er.’
Kjeld was een jongen van onze school. Beetje stille jongen. Hij woonde nu een paar jaar in ons dorp. Soms fietste hij met ons mee naar school, maar hij zei nooit zoveel. Meestal reden Jelle en ik naast elkaar, druk pratend, en hij er achteraan. Hendrik was een ander verhaal. Ouder, altijd op de voorgrond, nadrukkelijk aanwezig. Iedereen kende hem, en vaak was dat niet echt positief. Hij was een aandachttrekker, dwingend, intimiderend, lomp.
‘Niks voor Kjeld dit.’
‘Nee,’ grinnikte Jelle. ‘Hendrik zat tegen hem te zeiken, heb ik gehoord. En ineens sloegen de stoppen door bij Kjeld.’
‘Kjeld is begonnen?’ Mijn mond viel nog verder open.
‘Nou ja, met slaan in ieder geval.’
Ik schudde mijn hoofd nog een keer.
‘Er was afgelopen vrijdag dus ook geen schuur. Geen idee of het deze week wel weer is. De ouders van Jeroen waren behoorlijk kwaad.’
‘Jeroen kon hier toch niets aan doen?’
‘Nee, ze zijn ook niet kwaad op hem. Jeroen en een paar anderen hebben ook meteen geprobeerd om ze uit elkaar te halen, samen met Jeroen’s vader. Die kreeg nog een grote bek van Hendrik.’
‘Die jongen moet eens wat minder drinken.’
‘Vertel eens wat nieuws. Die komt de schuur dus ook nooit meer in.’
‘Joh, nee. Echt?’ Ik grijnsde. ‘Als hij dan meteen de rest ook bij zich houdt.’
‘Zonder Hendrik zijn die nog best te doen. Hendrik stookt alles iedere keer op.’
‘We horen het vanzelf. Zou wel jammer zijn als het daardoor niet meer door zou gaan.’
Jelle haalde zijn schouders een keer op. ‘We zien wel. Maar hoe was jouw vakantie?’
‘Gaaf,’ zei ik, misschien iets te enthousiast. ‘Lekker weer gehad, veel gezien. En jij?’
‘Veel op het strand gelegen,’ zei Jelle met een grijns. ‘Paar avonden uit geweest.’
Ik glimlachte.
‘Jij niet?’
‘Zoveel gebeurde daar niet in de bergen. De bar van het pension was er, maar dat was niet echt bruisend te noemen.’
‘Hoe heb jij je vermaakt dan?’
Ik haalde mijn schouders op. ‘Bij de tent, af en toe in de bar, andere jongens en meiden.’
Jelle rekte zich een keer uit. ‘Rondje rijden? Even kijken wie er zijn?’
Ik haalde mijn schouders op en knikte. We stonden op, pakten onze fiets en reden naar het centrum van het dorp. Stel je daar niet al te veel van voor. Er waren een paar winkels, een beeldje op een sokkel en dat was het. En een paar bankjes, waar wij meestal zaten. Vaak tot grote ergernis van de ouderen in het dorp, maar dat kon ons niet interesseren. Ik zag ze in de verte al zitten. Veel waren er niet. Vakantietijd.
‘Hee, Mark,’ zei Marloes, ‘weer terug van vakantie?’
Ik knikte glimlachend.
‘Hoe is het geweest?’
‘Leuk.’
‘Bergjes beklimmen. Is dat leuk?’
Ik lachte. ‘Da’s gaaf ja. En mooi.’
‘Heb je het gehoord van Kjeld en Hendrik?’
‘Jelle vertelde het me. Mooie zooi. Was jij er ook?’
Ze knikte. ‘Ik zat boven, op de zolder. Ik wist niet wat ik hoorde in het begin, een hoop tumult. Toen we gingen kijken was het net voorbij.’
‘Jij zat boven?’ Ik grijnsde. ‘Met wie?’
‘Vertel ik je nog wel eens.’
‘Wat deed Kjeld daar eigenlijk? Ik heb hem er nog nooit gezien.’
‘Hij kwam met Linda binnen.’
‘Hebben die iets met elkaar?’
Marloes schudde haar hoofd. ‘Niet dat ik weet. Maar wat niet is…’
Ik lachte. ‘Vergeet het. Dat geloof ik nooit. Waar ging die ruzie eigenlijk over?’
‘Geen idee. Ik heb gehoord dat Hendrik hem belachelijk zat te maken, zoals altijd, makkelijke prooi. Hij moet Kjeld altijd hebben. Dat viel deze keer verkeerd. En gelijk heeft ie. Iedereen viel hem meteen bij, tegen Hendrik. Onbezonnen gek dat het is.’
‘Kjeld is ineens de held van het dorp, lijkt het wel.’
Ze lachte. ‘Inderdaad. Gun ik hem wel. Kom je vrijdag ook?’
‘Waar naar toe?’
‘De schuur.’
‘Gaat dat gewoon door dan?’
Ze knikte. ‘Gelukkig wel. Al mogen Hendrik en Kjeld niet meer binnen.’
‘Kjeld ook niet?’ Een andere jongen mengde zich in ons gesprek.
Marloes schudde haar hoofd. ‘De vader van Jeroen wil het niet hebben. Wie vecht, komt er niet meer in.’
‘Belachelijk.’
‘Jeroen heeft het me zelf uitgelegd. Als ze Kjeld weer binnen laten, wil Hendrik ook weer. En dat willen ze niet hebben. Dus komen ze er allebei niet meer in. Zo is het duidelijk.’
De jongen haalde zijn schouders op en ging weer. Langzaam maar zeker vertrok iedereen. Jelle keek me aan.
‘Zo ook maar weer eens gaan?’
‘Is goed,’ zei ik.
We groetten de rest en fietsten weg.
‘Wat hoorde ik nou? Is Marloes gaan zolderen?’ vroeg Jelle toen we een eindje weg waren.
Ik lachte. ‘Dat zei ze, ja. Ze was op de zolder toen die vechtpartij begon.’
Zolderen was een woord dat langzaam ontstaan is. De schuur had een kleine zolder, Jeroen had er wat banken neer gezet. Achter in de schuur was een toilet en een trap. Verliefde stelletjes gingen er naar boven, je kon wel raden waarom. Het was een kleine ladder, maar die 20 stappen nam je niet zomaar. Ik was er nog nooit geweest. Jelle ook niet. Hij wilde wel, al had hij nog nooit een reden gehad om naar boven te gaan. Ik zag hem wel eens nieuwsgierig kijken als we een stelletje naar achter zagen gaan. Mij maakte het niet uit. Ze deden maar.
‘Met wie?’
‘Zei ze niet. Vertelde ze me nog wel een keer, zei ze.’
Jelle lachte. Was hij nou jaloers? Vast wel. Of het was omdat zij er wel geweest was en hij nog steeds niet, of omdat hij met haar had willen gaan zolderen, ik wist het niet. Daar kwam ik nog wel achter. We hadden geen geheimen voor elkaar. Niet veel tenminste.

We deden de rest van de vakantie niet veel. Beetje rondhangen, elkaar verslaan op de spelcomputer, dat was het wel zo’n beetje. En op vrijdagavond naar de schuur. Meer nieuwsgierig dan anders. Jeroen stak lachend zijn hand naar ons op van achter zijn zelfgetimmerde bar toen we binnen kwamen.
‘Vakantiegangers. Hoe gaat het?’
‘Goed,’ zei Jelle, ‘blij dat we weer terug zijn.’
‘Daar geloof ik geen zak van.’
‘Er klopt ook geen zak van,’ zuchtte ik.
Jelle keek me even onderzoekend aan. Dat had hij al vaker gedaan deze week.
‘Doe maar een flesje,’ zei ik als afleiding.
Jeroen zette twee flesjes op de bar en twee streepjes op een lijstje. Afrekenen bij vertrek. Net zo handig. Ik keek even rond. Eigenlijk alleen maar bekende gezichten. Niet vreemd in een dorp zoals dit. Iedereen kende iedereen. Hendrik was er niet, en geen van zijn vrienden. Dat zei niets, die konden ook op vakantie zijn. Marloes was er ook, ze leunde tegen een muur en stond met wat andere meiden te praten. Geen jongen in de buurt. Ik had gehoopt er achter te komen met wie ze aan het zolderen was geweest. Misschien later.
‘Jij nog eentje?’ Jelle haalde me uit mijn gedachten.
‘Is goed,’ zei ik afwezig.
‘Wat heb jij de laatste tijd?’
‘Niks,’ zei ik.
Jelle haalde zijn schouders op en gaf me mijn nieuwe flesje. Jeroen kwam er even bij hangen.
‘Wat was dat nou vorige week, met Hendrik en Kjeld?’ vroeg Jelle.
‘Geen idee,’ zei Jeroen. ‘Ik wil het misschien ook niet weten. Ze komen er gewoon niet meer in. Ik heb ze niet met elkaar zien praten, helemaal niets. Ineens zag ik ze bij elkaar staan en zag meteen dat het niet goed was. Voor ik me er mee kon bemoeien haalde Kjeld uit. En flink ook.’
Jelle lachte.
‘Ja, oké, ik vond het ook wel gaaf. Maar niet hier. Voor zover ik weet heeft Hendrik hem gewoon zitten jennen, uit de tent zitten lokken.’
‘Zoals gewoonlijk,’ zei ik voor me uit.
Jeroen knikte. ‘Ik geef hem ook wel gelijk. Hendrik is gewoon lomp. Maar ik mag hem niet meer binnen laten.’ Hij haalde zijn schouders op. ‘Het is gebeurd. Ik wil het er eigenlijk gewoon niet meer over hebben. Ze zoeken het maar uit.’
‘Gelijk heb je,’ zei ik.
Jelle keek me weer op een rare manier aan. Hij had ook wel gelijk, ik zei het op een afwezige manier. Met een zo gewoon mogelijk gezicht keek ik rond. Ik nam weinig in me op. Ik had deze week nog een aantal sms-jes ontvangen, met allemaal dezelfde boodschap. Ik heb er evenzoveel terug gestuurd, misschien nog wel een paar meer. Met dezelfde boodschap. Yep, we misten elkaar. Misschien hadden we niet af moeten spreken om contact te houden, dit maakte het alleen maar moeilijker. Ik werd er langzaam gek van. Hoe goed ik ook mijn best deed, helemaal verbergen kon ik het ook niet. Jelle zat af en toe te vissen, maar ik hield het nog maar even voor mezelf. Als ik hem alles vertelde dan moest hij ook meteen foto’s zien, daar kende ik hem lang genoeg voor. Nou ja, die zou ik ook willen zien. Ik hoorde Marloes lachen. Ik keek naar haar, ze stond nog steeds bij haar vriendinnen. Ze zag me kijken en knipoogde een keer met een lach. Na mijn verlegen blik terug stootte Jelle me aan.
‘Kijk je naar?’
Ik draaide glimlachend mijn gezicht naar hem. ‘Marloes.’
‘Marloes?’
‘Ik had gehoopt te zien met wie ze is gaan zolderen vorige week, maar ze staat gewoon bij haar vriendinnen.’
Jelle lachte. ‘Komen we nog wel achter.’
Alsof ze het doorhad dat we het over haar hadden, ze kwam naar me toegelopen en stootte lachend tegen mijn arm. ‘Hij is er niet vanavond, hoor.’
Ik lachte betrapt. ‘Jammer zeker?’ vroeg ik onderzoekend.
Ze sloeg even een arm om me heen. ‘Niet zoveel vragen jij,’ zei ze op een manier zoals je tegen je kleine broertje praatte.

En daar zat meteen mijn probleem. Alle meisjes vonden me aardig. Ze knuffelden me bijna allemaal. Veel jongens waren jaloers op mij dat ik zoveel aandacht van ze kreeg. Ze vertrouwden me vaak veel toe, maar verliefd werden ze nooit op me. Vaak had ik een arm om me heen, een hand door mijn haar. Maar een hand had ik nog nooit vastgehouden, ik had nog nooit gezoend. Tot deze vakantie dan. Waarom dacht ik daar nou weer aan? Omdat ik daar al de hele dag aan dacht waarschijnlijk. Mensen om me heen praatten, lachten. Ik had er maar weinig zin in. Ik draaide me om naar Jeroen, stak twee vingers omhoog. Hij knikte lachend, zette twee flesjes voor me neer. Ik schoof er zonder iets te zeggen eentje door naar Jelle en nam een flinke slok. Het bier begon zijn werk te doen. Werd het toch nog gezellig.

Jelle zag een paar tellen later dat ik een nieuw flesje voor hem had neergezet.
‘Proost,’ zei hij lachend.
Ik glimlachte maar weer een keer.
‘Wat zei Marloes net?’
Ik grinnikte. ‘Niet zo nieuwsgierig, jij.’
Jelle keek gespeeld beledigd.
‘Ze zei dat ik haar niet zo in de gaten hoefde te houden, hij is er vanavond niet.’
‘Wie zijn er vanavond niet?’ Jelle keek vragend omhoog terwijl hij het zei.
‘Je wilt het wel erg graag weten, is het niet?’
Hij haalde een keer zijn schouders op.
‘Kijken wie jouw concurrentie is en inschatten of je hem kunt verslaan?’
‘Zeg, vergeet het.’
Ik lachte, terwijl ik het flesje weer naar mijn mond bracht.
‘Ze knuffelt jou, mij niet.’
‘Jaloers?’ Ik vroeg het pissiger dan de bedoeling was.
Jelle ging een stap achteruit en hield zijn handen voor zich. ‘Sorry hoor.’
‘Laat maar.’
‘Wat heb jij?’
‘Niks.’
‘Als ik over Marloes begin schiet je meteen in de verdediging. Stiekem verliefd?’
‘Nee,’ antwoordde ik bits en zette mijn flesje op de bar. Ik ging maar een pissen.
‘ Da’s duidelijk,’ hoorde ik Jelle achter me zeggen terwijl ik wegliep.

De eerste schooldag duurde niet lang. Rooster ophalen, zien wie er in jouw klas kwam te zitten. Veel was er niet veranderd met vorig jaar. Jelle en ik zaten zoals gewoonlijk weer gewoon naast elkaar. De dag erna zouden de lessen beginnen. We zaten buiten nog wat na te praten met het rooster in onze handen. Met het hele groepje uit ons dorp zaten we te kijken hoe vaak we met elkaar mee zouden kunnen fietsen. Jelle en ik iedere dag, omdat we samen in dezelfde klas zaten. Kjeld, Marloes en Linda zaten bij elkaar in een andere klas, maar we zouden op maandag en woensdag samen terug naar huis kunnen gaan. Marloes zat naast me en sloeg een arm om me heen. Meteen een blik van Jelle.
‘Beetje fatsoenlijk rooster, Mark?’
‘Gaat wel,’ zei ik terwijl ik even tegen haar aan hing, ‘en jij?’
Ze haalde haar schouders op. ‘Gaat wel.’
‘Gelukkig deze week nog twee dagen, dan is het weer weekend.’
‘Lekker naar de schuur,’ zei ze vrolijk.
Ik zag Kjeld kijken. ‘Inderdaad,’ negeerde ik zijn blik.
‘Ik heb er zin in.’
Ik lachte. ‘Is hij er dan ook weer?’
Ze aaide door mijn haar. ‘Niet zo nieuwsgierig, jij.’
Jelle lachte. Linda en Kjeld keken alleen maar. Ik kon het me wel voorstellen. Raar eigenlijk, Kjeld was er nog nooit eerder geweest, dus zoveel kon het hem niet interesseren. Maar het bleef lullig, de eerste keer dat hij in de schuur was, liep het meteen uit de hand. Mocht hij ook nooit meer binnen, terwijl hij er eigenlijk niets aan kon doen. Dat wist hij, dat wist iedereen. Lompe lul, die Hendrik. Ik vroeg me af wat er gezegd was. Linda kon het misschien weten, maar die zei niets. Oké, toegegeven, Kjeld was een aparte jongen. Stil, beetje verlegen. Lette altijd goed op, deed nooit iets raars. Misschien hield het me daarom zo bezig, uitgerekend hij mocht niet meer naar de schuur omdat hij gevochten had. Ik zat waarschijnlijk weer voor me uit te staren want Jelle gaf me een schop tegen mijn been. Ik knipperde een keer met mijn ogen en was weer aanwezig.

Iedereen was er, de schuur was redelijk vol. Ik zat op de grond, tegen de muur, met een paar meiden om me heen. Schouder tegen schouder, knuffelbare kleine Mark met zijn vrolijke piekhaar, zijn ondeugende ogen en zijn vrolijke rode wangetjes. Marloes was er ook, ze stond met een paar vriendinnen te praten. Ik keek een keer rond, maar geen jongen bij haar in de buurt. Mijn aandacht werd opgeëist door de meiden om me heen, ik verloor haar weer uit het oog. Om me heen werd gelachen. Ik glimlachte maar mee, voelde een schouder drukken. Ik keek even lachend opzij, ze kneep even in mijn been. De hele vakantie flitste weer door me heen en ik had het ineens helemaal gehad. Ik stond op, nam mijn flesje mee en ging naar buiten. Frisse lucht. Ik pakte mijn telefoon, typte een berichtje en verzond het richting het buitenland. Ik leunde met mijn rug tegen de muur, keek een keer rond. In de verte zag ik twee mensen staan, het duurde even voor ik Marloes herkende. Er stond nog iemand bij. Vriendin van haar, zag ik al snel. Ze draaide zich om, zag mij kijken en wenkte me. Marloes keek kwaad, beledigd.
‘Is er?’
Ze haalde haar schouders op.
‘Hij zit op zolder, met een ander,’ zei haar vriendin.
‘Ik draai d’r kop om,’ zei Marloes kwaad.
‘Of die van hem,’ reageerde ik droog.
Ze keek me even aan, probeerde te glimlachen. Ze zakte door haar knieën en ging tegen de muur van de schuur zitten. ‘Maar die van haar ook.’
Ik werd nu toch wel heel nieuwsgierig wie het waren. Ik kon moeilijk naar de zolder gaan en kijken wie er zaten.
‘Jeffrey is gewoon een lul,’ zei Marloes voor zich uit.
‘Jeffrey?’ kon ik niet laten om verbaasd te zeggen.
Ze keek me met een ruk aan, schuin omhoog. ‘Dat heb je niet gehoord.’
‘Wat?’ vroeg ik gespeeld verbaasd.
Ze glimlachte en kneep een keer in mij been. Ik zakte door mijn knieën, ze liet zich maar al te graag knuffelen.
‘Is toch ook helemaal niets voor jou, die Jeffrey.’
‘Dat zeg ik nou ook al de hele tijd,’ hoorde ik haar vriendin boven me zeggen.
Marloes haalde haar schouders op. Ze hing tegen me aan.
‘En je hebt Mark toch,’ zei haar vriendin er half lachend achteraan.
‘Niks mis met een lief broertje toch?’
Marloes keek me even aan. Ik zei het ook wel op een heel rare manier, spottend bijna.
‘Hij is degene die jou dit flikt, niet zij,’ zei ik toen snel voor ze iets kon zeggen over mijn laatste opmerking.
‘Dan nog,’ mokte ze, ‘ze wist het.’
‘Weet jij veel wat hij tegen d’r gezegd heeft, hij zal vast niet toegeven dat hij je bedonderd heeft. Ze komt er nog wel achter.’
‘Volgende week weer iemand anders.’
‘Juist. Nog maar een keer, die Jeffrey is helemaal niks voor jou. Jij verdient veel beter.’
Even keken we in elkaars ogen en lachten toen. Ze pakte me even vast en trok me tegen zich aan.
‘Wat moet ik toch zonder jou?’
‘Ik zou het niet weten,’ zei ik droog.
Ik wurmde me los, pakte mijn fles, dronk het leeg en ging weer naar binnen nadat ik haar nog een keer over haar schouder geaaid had. Binnen keek Jelle naar me.
‘Waar ben jij geweest?’
‘Buiten. Frisse neus halen.’
‘Was Marloes er nog?’
Ik keek hem verbaasd aan.
‘Ik zag haar net naar buiten gaan.’
‘Jij houdt die ook goed in de gaten.’
‘Erg grappig Mark. Ik zag haar naar buiten gaan en even later jou. Ik vraag maar alleen.’
‘Ze was er nog, ja. Even mee gepraat.’
‘Gepraat?’ Jelle lachte toen hij het zei.
‘Denk even na zeg. Gewoon gepraat ja. Doe normaal.’
Jelle zei niets meer, keek alleen maar. Ik zag hem denken. Ik ging maar weer bij de andere meiden zitten. Die zeurden tenminste niet zo. Ze maakten meteen plaats in hun midden, voor ik het wist zat ik weer klem tussen hun in. We lachen, om niets eigenlijk. Keek Jelle nou weer jaloers?

Het was me de laatste dagen op school al vaker opgevallen, Kjeld en Linda trokken veel met elkaar op. Jelle maakte er een opmerking over toen we samen naar huis fietsten. Hij zag overal meteen wat in. Nou moest ik toegeven, ik in dit geval ook. Later die week zat ik in de pauze even met haar alleen. Langzaam bracht ik het gesprek richting Kjeld.
‘Wat is er nou eigenlijk gebeurd in de schuur?’ vroeg ik.
‘Niets bijzonders. Hendrik was gewoon aan het zeiken tegen Kjeld.’
‘Wat zei hij dan?’
‘Weet ik veel.’
Ze ontweek het. Ik merkte het aan haar. Ze wist precies wat er allemaal gezegd was.
‘Was je er niet bij dan?’
Ze zuchtte. ‘Mark, laat nou maar. Het is gebeurd, en geloof me, Kjeld had groot gelijk dat hij er op mepte.’
‘Jullie kunnen het goed met elkaar vinden,’ zei ik voor me uit.
Ze keek me meteen aan. ‘Wat bedoel je daar mee?’
‘Niks, gewoon dat jullie het goed met elkaar kunnen vinden,’ reageerde ik niet echt overtuigend.
‘Er is verder niets tussen ons, mocht je dat denken. Uitgesloten. Kjeld en ik kunnen het gewoon goed met elkaar vinden, net zoals jij en Marloes.’
‘Altijd fijn, zo’n broertje,’ zei ik spottend.
‘Wat bedoel je daar mee?’
‘Niets, helemaal niets.’
Ze stond op om naar binnen te gaan en keek me even veelbetekenend aan.

Aan het eind van de middag kwam Marloes naar me toe. Ze fietste naast me mee naar huis. Zonder dat ik er erg in had reed de rest voor ons uit, Linda en Kjeld naast elkaar voorop, Jelle er ergens tussenin. Wij bleven achter.
‘Mag ik jou iets geks vragen, Mark?’
‘Tuurlijk.’
Ze bleef even stil. ‘Ben jij verliefd op mij?’
Ik liet mijn fiets uitdrijven, keek haar verbaasd aan. ‘Hoe kom je daar bij?’
‘Zomaar.’
‘Niet zomaar. Waarom denk je dat?’
‘Niet boos worden, maar Jelle zei het tegen mij.’
Ik keek kwaad.
‘En Linda dacht het ook.’
‘Fijn dat jullie voor mij denken. Erg fijn.’ Ik was kwaad.
‘Mark, even serieus, is het zo?’
‘Nee, maak je maar geen zorgen.’
Ze keek opgelucht.
‘Waarom denkt iedereen altijd meteen zoiets als je het goed met elkaar kunt vinden?’
Ze lachte. ‘Weet ik niet. Maar om heel eerlijk te zijn, ik heb er ook aan zitten denken. Je doet raar de laatste tijd. Vinden we allemaal. Je doet… hoe met ik het zeggen, je doet verliefd.’
Ik keek betrapt. Ze keek me aan en grijnsde.
‘Ik heb gelijk,’ zei ze triomfantelijk, ‘Mark is verliefd.’
Ik probeerde een glimlach.
‘Wie is het?’
‘Doet er niet toe.’
‘Ken ik haar?’
Ik schudde mijn hoofd. ‘Op vakantie.’
Jelle was ondertussen schuin voor ons komen rijden. Hij had waarschijnlijk alles gehoord. Met een ruk draaide zijn hoofd om. ‘Dus dat is het.’
Ik glimlachte maar weer een keer geforceerd.
‘Hoe heet ze?’ Marloes wilde nu alles weten.
‘Niet zo nieuwsgierig jij,’ grijnsde ik op dezelfde manier zoals zij dat altijd tegen mij kon zeggen.
‘Hebben jullie echt iets gehad?’ vroeg Jelle.
Ik knikte. Dat kon je wel zeggen ja.
‘Ons Markje een vriendinnetje,’ zei Marloes spottend, ‘ wat lief.’
‘Erg grappig,’ protesteerde ik.
‘Zien jullie elkaar nog?’
Ik schudde mijn hoofd. ‘We wonen een beetje ver uit elkaar.’
‘Wat is ver?’
‘Kilometertje of negenhonderd.’
‘Ze woont daar?’ vroeg Jelle.
Ik knikte.
‘Nou, vertel op,’ zei Marloes, ‘je kunt ons toch wel vertellen hoe ze heet?’
‘Heb je foto’s?’ vroeg Jelle er meteen achter aan.
Ik knikte. Jelle remde, we waren midden in ons dorp ondertussen.
‘Zien,’ zei hij terwijl hij naar een bankje stuurde.
Ik zuchtte. Hier kwam ik toch niet onderuit. Ik ging in het midden zitten, Jelle rechts van mij, Marloes links. Ik viste mijn telefoon uit mijn jaszak.
‘Ik heb maar één foto in mijn telefoon staan hoor,’ zei ik.
Ik klikte hem aan en zocht de foto.
‘Leuke meid hoor,’ zei Marloes.
‘ Goedgekeurd,’ grinnikte Jelle en klopte me op mijn schouder.
‘Hoe heet ze?’ vroeg Marloes weer.
‘Ulrike,’ zei ik.
‘Wie is die jongen naast haar?’
‘Haar broer,’ zei ik tegen Jelle.
‘Lekker ding,’ zei Marloes, ‘hoe heet ie?’
‘Peter.’
‘Die mag je wel een uitnodigen hier.’
‘Weinig kans,’ zei ik, ‘die camping waar wij stonden en dat pension is van hun ouders. Die hebben het nu veel te druk.’
Ik zuchtte. De onmogelijkheid van alles werd me weer eens helemaal duidelijk. Marloes aaide een keer door mijn haar. Ik baalde. Ik had ze dit helemaal niet willen vertellen. Ik had het gewoon voor mezelf willen houden.
‘Zeg, jullie weten dit nou, maar hou je mond tegen de rest hoor.’
‘Tuurlijk,’ zei Marloes.
‘Maakt toch niet uit? Is toch gaaf?’
‘Jelle, alsjeblieft?’
Ik sloot mijn telefoon af en stopte hem weer terug in mijn jas. Ik stond op, ik vond het wel weer mooi geweest. Marloes knuffelde me weer een keer en ging naar huis. Jelle fietste met mij mee. Op mijn kamer begon hij er weer over.
‘Vertel eens wat meer,’ zei hij nieuwsgierig, ‘hebben jullie de hele vakantie wat gehad?’
‘Na een paar dagen.’
‘Wat hebben jullie allemaal gedaan?’
‘Veel geholpen op de camping, af en toe een dag de bergen in.’
‘Dat bedoel ik niet,’ grinnikte hij, ‘hebben jullie ook gezoend?’
Ik knikte glunderend. Nog veel meer ook, maar dat ging ik hem niet vertellen.
‘En verder?’
‘Zeg, Jelle…’
‘Alleen maar gezoend, of nog meer?’
Ik kon mijn gezicht niet strak houden, alleen maar grijnzen.
‘Shit, man, gaaf.’
Ja, hij was jaloers. Mooi zo, laat hem maar. Dat hele verhaal van nachten stappen in Spanje was ineens niets meer waard. Het gaf me wel een goed gevoel.
‘Heb je nog meer foto’s?’
Ik knikte en startte mijn computer op. Ik liet hem van alles zien, natuurlijk ook de foto’s waar Ulrike op stond.
‘Knappe griet,’ zei hij vol ontzag vlak voor hij naar huis ging.
Ik stak mijn tong een keer uit en lachte. Nadat hij weg was ging ik terug naar mijn kamer en bladerde nog een keer door de foto’s heen. Ik zuchtte, opende een verborgen map met foto’s van alleen Peter. Die had ik hem maar niet laten zien.

© 2007 Oliver Kjelsson