Uitzicht (deel 3)

Ik kreeg het steeds warmer. Ik bekeek zijn hele profiel. Veel foto’s waar ik er een hoop van opsloeg. Nieuw mapje Kaj had ik al gemaakt. Leuke foto’s. Mooie jongen. Mooier dan Joris? Ik wist het niet. Anders. Hij was van mijn leeftijd ongeveer, maar dat stond niet vermeld. Hij had nog wel iets afgeschermd blijkbaar. Net als zijn achternaam. Ik ging er tenminste van uit dat Vermeulen niet zijn achternaam was maar alleen die van zijn moeder. Verder zoeken op Google had dus geen zin. Het maakte me niet zoveel uit, ik had meer dan genoeg informatie voor nu. Ik klikte nog even verder en zag dat hij op een school zat in een stad verderop. Het verbaasde me, maar het verklaarde wel waarom hij met de bus ging. Die moest met de trein verder. Ik begon te rekenen en ging naar de site van de spoorwegen. Als zijn school om half negen begon, dan moest hij de trein van iets over half acht hebben. Dat betekende de bus van tien over zeven. Ik ging morgen maar eens op tijd mijn bed uit en op tijd de gordijnen open doen.

Het was nog schemerdonker, toen mijn wekker ging. Ik kreunde en draaide me nog een keer om. Heel even maar, daarna tilde ik het dekbed op, zette mijn voeten naast het bed en stond op. Bij het raam trok ik de gordijnen een klein stukje open. Genoeg om te zien wat er gebeurde. Mijn half weggezakte ochtenderectie duwde mijn boxer nog wat naar voren. De spanning die ik voelde zorgde ervoor dat hij langzaam weer dikker en harder werd. Ik gleed met mijn hand onder de elastiekrand en hield hem vast. Hij was warm. Ik trok me traag, zonder na te denken, het was meer ermee spelen. Hij stond nu wel recht vooruit. Mijn duim en wijsvinger masseerden mijn huid rondom mijn eikel. Het gleed soepel. Er brandde licht in de hal van zijn flat. Het gordijn schoof weg, zag ik door het raampje boven de deur. Daarna ging hij open. Kaj stapte naar buiten, trok de deur dicht en liep naar de hal, ondertussen de band van zijn rugzak nog een keer omhoog trekkend. Ik kreeg het warm. Hij liep naar de lift, keek een beetje naar beneden. Vlak voor hij bij de deur was keek hij omhoog. Mijn kant op. Ik wist dat hij me niet kon zien, maar ik deed toch een stap achteruit. Mijn hand bewoog even niet meer, ik hield hem van schrik stil. Kaj verdween in de hal, ik zag hem de trap af lopen. Traag ging mijn hand weer op en neer. Even verdween hij beneden uit het zicht door de rijen met brievenbussen maar een paar tellen later liep hij naar buiten. Ik ging sneller. Met gebogen hoofd, duidelijk nog niet helemaal wakker, liep hij langs de flat af en verdween uit beeld. Ik bleef staan, straks kon ik de bus nog zien rijden. Het tintelde in mijn eikel. Ik zag hem glimmen in het schaarse licht van de straatlantarens. Snel griste ik een zakdoekje uit de la en ging weer bij het raam staan. Schuin de straat uit kijkend, waar zo de bus voorbij zou komen. Ik hoorde hem al. Ik bleef kijken en zag hem zitten, beetje schuin leunend tegen de wand, naar buiten kijkend. Het waren maar twee tellen, toen was hij voorgoed uit beeld. Ik trok door en zuchtte. Ik liep terug naar mijn bed, kroop weer onder het dekbed en sloot mijn ogen. Liggend op mijn zij kwam ik klaar.

Ik had het voor elkaar. Joris verdween op de achtergrond. Wat dat betreft dan. Op school en soms daarna was hij nadrukkelijk aanwezig. Maar door Kaj kon ik beter met Joris zijn aanwezigheid om gaan. De verliefdheid was gezakt. Hij bleef mooi, hij bleef leuk. Mocht hij ineens toch homo zijn dan zou ik niet twijfelen. Dan hoefde ik niet verder na te denken, dan zou ik het wel weten. Maar ik kon er wel van uit gaan dat hij dat niet was. En dat was voor mij niet langer een probleem. Dankzij Kaj. Mijn bedruktheid was nu helemaal weg als ik op school was. En dat viel op. Niet alleen bij Freek of de drie J’s, maar bij anderen ook. Ik stond meer in het middelpunt van de belangstelling. Ik had een geheim zonder schuldgevoel, waar niemand verder iets mee te maken had en wat niemand persoonlijk aan ging. En dat voelde relaxed. Dat voelde lekker. Maar dat voelde Kaj altijd, die voelde altijd lekker. Iedere middag, iedere avond onder de douche. Altijd bij me in bed. Hij was lief bij het wakker worden, half slaperig, bijna breekbaar. Alsof ik hem voorzichtig moest wakker kussen en moest beschermen totdat hij naar de bus liep. Mijn fantasie ging met me op de loop, ik dagdroomde veel te veel. Het maakte me niet uit. Het gaf me een goed gevoel. Ik zag hem iedere ochtend uit zijn flat komen, half slaperig naar de bus lopen. Ik keek altijd glimlachend. Daar ging hij, mijn Kaj, nadat ik hem wakker had gekust. Later op de middag zou hij er weer zijn, als mijn ouders nog niet thuis waren. Kaj was al bijna van mij.

‘Mee de stad in?’ vroeg Freek nadat de school uit was.
‘Mij best,’ zei ik.
We hadden toch zeeën van tijd, het was nog geen half twee.
‘Even wat eten.’
We lachten om Jan.
‘Natuurlijk gaan we wat eten, geen paniek,’ grijnsde Joris.
Jan kon om de grap lachen. ‘Mooi.’
Ik reed naast Joris achter de rest aan. Jan stuurde meteen naar de Mac. Al was ik ze kwijt geraakt, dat zou de eerste plek zijn waar ik ze zou gaan zoeken. We lachten aan tafel. Joris zag ineens een aantal meisjes van school zitten. Hij bleef naar ze kijken. Dat viel op, al snel keken ze een keer terug en lachten onderling naar elkaar. Joris grijnsde naar Jeroen. Jan had het ook al in de gaten en keek een keer om. Freek knipoogde naar me. Ik lachte maar mee. Ik kende ze wel, eentje had het jaar hiervoor bij mij in de klas gezeten. Ze bleven terug kijken tot Joris ze wenkte.
‘Kom er bij zitten,’ riep hij.
Wat gegiechel, maar ze kwamen wel, naar het tafeltje naast die van ons. Joris praatte, Jeroen praatte, Jan bemoeide zich er mee en Freek lachte. En ik? Ik zat het allemaal maar een beetje te bekijken, ik vond het wel best maar verder niet interessant.
‘Wat gaan jullie doen vanmiddag?’ vroeg een meisje dat het dichts bij Joris zat. Senna heette ze, dat wist ik nog.
‘Eten,’ zei hij met een blik naar Jan toe. ‘En verder zien we wel. En jullie?’
‘Beetje kleren kijken.’
‘Ik moet eigenlijk nog een shirt hebben,’ zei Joris onverschillig.
‘Waar ga je zoeken?’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Bij Chasin’ waarschijnlijk even, H&M misschien.’
‘Hebben ze leuke dingen. Gaan wij vanmiddag ook nog wel even kijken.’
‘Ga mee, zou ik zeggen.’
Het gemak waar hij dat mee deed! Onze blikken kruisten elkaar even, hij grijnsde naar me.
‘Is goed,’ zei ze zonder iets in de gaten te hebben, ‘kunnen we wel doen. Straks nog even wat drinken ergens, doen we ook.’
Joris lachte. ‘Ik zeg: goed idee.’
Hij gooide alles bij elkaar op een dienblad. Hij was snel. Jeroen had het niet in de gaten en was de pineut deze keer. Lachend wachtten we op hem, buiten, bij de ingang. De meisjes bleven gewoon bij ons staan, alsof het de gewoonste zaak van de wereld was dat ze met ons mee gingen. Of andersom. Dat was het eigenlijk ook wel, we kenden elkaar, en waarom zou het niet kunnen. Alsof er meteen wat achter gezocht moest worden. Hoewel… Als ik die blik van Joris zo zag, en die van Jeroen, dan was het wel duidelijk. Spelen, uitdagen. Het stak zelfs mij aan. Het gaf een uitdagende spanning, alsof je niet wist of er iets ging gebeuren maar tegelijkertijd wel in de lucht hing. Joris liep met haar voorop, in een rechte lijn naar de H&M, die was het dichtste bij. Freek keek verveeld. Hier had hij geen zin in, volgens mij. Ik kon hem geen ongelijk geven. Met een half jaloerse blik keek ik hoe Joris met haar door de rekken struinde, lachend, complimentjes uitdelend. Nee, ik was hem nog niet helemaal kwijt in mijn hoofd. Als dit nog lang ging duren dan ging ik. Wegwezen. Straks gingen ze nog zoenen of zoiets. Dat wilde ik niet zien. Daar was ik, ondanks Kaj, nog helemaal niet klaar voor.

Het viel mee, het bleef bij gezelligheid. Na een paar winkels liepen we naar de kroeg, om iets te gaan drinken op het terras. Joris liep met mij voorop, helemaal achteraan liepen de meiden, druk pratend over wat ze gekocht hadden. Een zonnebril. Bij de H&M gekocht. Hoe kon je zolang praten over een zonnebril? Ik keek naar Joris, in zijn hand slingerde een tasje met een poloshirt. Hij zag me kijken en grijnsde.
‘Wat kijk je verbaasd.’
‘Ik wist niet dat je voor kleren de stad in wilde vandaag.’
Hij lachte. ‘Dat wist ik ook niet. Nou ja, ik wilde wel wat nieuws, maar dat kon later ook wel een keer. Alleen… Ja, als zij meegaan, dan kan ik dat beter nu doen toch?’
Ik zei niets, dacht na.
‘En als ik iets koop, wat zij mee uitgezocht heeft…,’ hij lachte, ‘denkt dat ze dat mee uitgezocht heeft, dan is dat toch leuk? Ik weet zeker dat ze kijkt als ik dit aan heb de volgende keer dat ik naar school ga.’
Ik schudde mijn hoofd.
‘Zo werkt dat met meisjes, Rem. Vinden ze geweldig.’
Hij lachte en sloeg me tegen mijn rug. Hij keek even om, ik keek mee zonder er bij na te denken. Ze raakten steeds verder achterop.
‘Zit er niks voor jou bij?’
‘Voor mij?’ Het klonk alsof ik schrok.
‘Ja, voor jou.’ Hij lachte om de manier waarop ik gereageerd had.
‘Nee,’ ontweek ik. ‘Denk het niet.’
Hij grinnikte en wees naar twee lege tafeltjes. ‘Zitten.’
De tafeltjes stonden vlak bij elkaar, er hoefde niet echt geschoven te worden. De stoelen stonden al snel in een kring er omheen. De jongens treuzelden, pas toen de meisjes er bij waren gingen ze zitten. Van binnen lachte ik, er werd door Joris en Jeroen een beetje gekeken waar ze gingen zitten, en wurmden zich er bijna tussen zodat ze niet apart zaten bij één tafeltje. Eigenlijk was het heel makkelijk. Ik zag Senna al bij Joris gaan zitten, en pakte een andere stoel. Daar wilde ik niet naast terecht komen. Ik ging niet kijken. Ik wilde het niet weten wat er tussen die twee gebeurde. Ontwijken, niet met de neus op de feiten. Ik kwam tussen twee meisjes terecht, juist twee van het groepje die ik niet kende. Joris keek en knipoogde alsof hij wilde zeggen: “doe je goed”. Ik grijnsde maar terug. Man, wat had ik nu al een hekel aan deze jacht. Hoewel… Het leek wel heel erg op wat ik zelf altijd deed bij Joris. En waar ik nog steeds op zat te broeden hoe ik dat bij Kaj voor elkaar kon krijgen. Ogen en oren open dan maar, misschien zag ik nog iets gebeuren of ontstaan waar ik mijn gemak van kon hebben.

Dat viel tegen, zoveel gebeurde er verder niet. Dat was waarschijnlijk ook de bedoeling, langzaam opbouwen, even kijken wat er kon gaan gebeuren later. Veel later. Dat ging vandaag niet gebeuren. Zou ook wel raar zijn. Nee, dit was gewoon bedoeld om wat meer contact te leggen. Was het zo bij mij en Joris ook niet gegaan? Als hij homo was geweest dan was het gelukt, dat wist ik zeker. Maar hij was niet zo. Dat was nu wel duidelijk te zien. Knap hoe hij dat allemaal deed. Alsof hij helemaal niet nerveus was zat hij met haar te praten en met haar vriendinnen. Alsof? Hij was gewoon niet nerveus! Het ging hem allemaal zo gemakkelijk af. Ik hoorde Freek lachen en keek. Hij zat met Jan te praten, één van de meisjes lachte mee. Die blik die ze had naar Freek… Ik herkende het nog van dat vorige vriendinnetje van hem. Zeg ik nou overal een verkering in? Ik moest eens minder gaan dromen. Het was gewoon gezellig met zijn allen bij elkaar, of dat nou met alleen jongens was of met een paar meiden erbij. Goed, Joris zijn bedoelingen waren duidelijk, maar voor de rest? Ik glimlachte voor me uit. Focus nu. Het was gewoon gezellig. Ik nam een slok van mijn glas, lachte om Jeroen die de malloot zat uit te hangen. Het meisje dat tussen hem en mij in zat lachte hard om zijn grappen. Joris keek en knipoogde weer. Ondanks Senna naast hem kreeg ik het warm. Om me een houding te geven keek ik op mijn telefoon hoe laat het was.
‘Leuke telefoon,’ zei het meisje naast me, ‘heb je die al lang?’
O ja, ga bijdehand doen. Ik wist ook wel dat het een simpel ding was.
‘Al een tijdje,’ zei ik ongeïnteresseerd.
‘Die van mij is echt een oud ding,’ zei ze en haalde haar telefoon uit haar tas.
Ze meende het, van mijn telefoon! Ik kon het me niet voorstellen.
‘Binnenkort krijg ik een nieuwe,’ ging ze verder, ‘maar ik weet nog niet wat voor iets.’
‘Joris heeft een mooie,’ zei ik.
‘Het maakt mij ook niet zoveel uit hoor,’ zei ze, ‘maar ik wil er wel eentje met camera.’
‘Dat lijkt me ook wel gaaf.’ Ik tilde mijn telefoon een stukje op. ‘Ik zit nog een tijdje vast aan mijn abonnement, volgend jaar neem ik een nieuwe.’
‘Ik heb er ook niet zoveel verstand van. Jij wel?’
Ik lachte. ‘Jawel. Als ik niet naar het geld hoefde te kijken dan wist ik het wel.’
‘Wat zou jij doen?’
‘Ligt er helemaal aan wat je wil.’ Ik keek haar veelbetekenend aan en glimlachte. ‘En wat je er aan uit wil geven.’
‘Kun je niet een keer meegaan?’
‘Best,’ zei ik voor ik er erg in had, ‘zeg maar wanneer.’
‘Kun je zaterdag?’
‘Is goed.’
‘Gaaf! Zien we elkaar wel hier om elf uur of zo.’
‘Is goed,’ zei ik nog steeds in een automatisme.
Haar vriendin lachte toen ze haar telefoon zag. ‘Wanneer ga je een nieuwe halen?’
‘Zaterdag. Remco gaat mee.’
Haar vriendin grijnsde naar me, maar ik was verbaasd. Ze kende mijn naam, terwijl ik nog geen idee had hoe zij heette. Ik had haar wel eens op school gezien, maar meer ook niet. Waar kende zij mijn naam van? Niet over nadenken, ik kwam er nog wel achter. Ik reed naar huis met een afspraak in mijn zak. Met een meisje. Waar begon in aan?

De volgende dag op school zag ik haar weer lopen. Ze kwam naar me toe en wilde nog even weten of we de dag erna echt samen de stad in gingen.
‘Tuurlijk,’ zei ik. ‘Doen we.’
Ik kon niet terug krabbelen, dat zou helemaal verkeerd uitgelegd worden. Freek bekeek het geamuseerd.
‘Afspraakje?’ lachte hij toen ze weer vrolijk verder liep.
‘We gaan gewoon de stad in,’ zei ik. ‘Meer niet.’
‘Ja ja.’
‘Zeg, hou op.’
‘Je vindt haar toch wel leuk, anders zou je dat niet doen.’
Ik zuchtte. ‘Ik weet nog niet eens hoe ze heet, gek. Om maar even aan te geven…’
‘Kom je zaterdag vanzelf achter.’
Ik sloeg hem met de achterkant van mijn hand in zijn maag toen hij veelbetekenend met zijn wenkbrauwen wiebelde. Freek lachte alleen maar.
‘Hoe laat hebben jullie afgesproken?’
‘Dat ga ik jou lekker niet vertellen.’
Als ze vonden dat het allemaal meer betekende, dan konden ze het krijgen. Dan ging ik het ook extra verdacht maken. En, oké, toegegeven, ik vond het ook wel wat hebben. Zolang het maar niet meer werd dan samen de stad in voor een telefoon. Och, ik was er altijd nog zelf bij. De kans dat ik verliefd zou worden was wel erg klein. Zeg maar gerust nihil. Joris kwam aan lopen en keek haar na. Hij grijnsde.
‘Afspraakje zaterdag?’
‘Begin jij nou ook al?’
Joris keek me bewonderend aan.
‘Dat doe je snel.’
Ik lachte maar wat. ‘Dat betekent verder niets hoor.’
‘Wat niet is kan nog komen, Rem.’
Ik zuchtte. Hier had ik helemaal geen zin in. De jongen waar ik nog van alles voor voelde zat mij een meisje aan te praten. Het moest niet gekker worden. Joris lachte om me. Ik keek er niet vrolijker van. Toen we naar de lokalen liepen hield hij me even kort tegen zodat we een eindje van de rest liepen.
‘Nerveus?’
‘Hoe bedoel je?’
‘Voor zaterdag.’
‘Nee, ben je gek. We gaan gewoon de stad in voor een nieuwe telefoon voor haar, meer niet. Waarom denk je dat?’
‘Zomaar.’ Hij lachte en liep door. Ik keek hem na en voelde toch ineens iets van zenuwen.
‘Joris?’
Hij stopte en draaide zich om.
‘Weet jij toevallig hoe ze heet? Ik heb echt geen idee. Staat zo stom als ik dat morgen in de stad niet weet.’
Hij glimlachte en knipoogde. ‘Rozemarije. Maar ik zou gewoon Roos zeggen als ik jou was.’

Die avond zat ik diep nadenkend voor mijn raam naar buiten te kijken. Op de kamer van Kaj brandde licht. Wat zou hij aan het doen zijn? Ik zag hem voor me, trainingsbroek, T-shirt, half liggend op zijn bed, iets lezen. Of zittend achter zijn computer misschien. Ik draaide om en trok de stoel van mijn bureau naar achteren. Mijn pc stond al aan, ik schoof de muis kort heen en weer, het scherm lichtte weer op. Ik logde in op Hyves en tikte zijn naam in. Er was niet veel veranderd. Geen nieuwe foto’s, alleen wat nieuwe onzinnige berichtjes. Ze bleven leuk, die foto’s. Ik glimlachte en klikte verder naar de Hyves van Joris. Ook daar niet veel nieuws, op een berichtje na van Senna. “Het was gezellig vanmiddag!” Vanmiddag? Wat had hij nu weer gedaan? Ik zag dat het berichtje er al meer dan een dag stond, dat ging dus over de middag met zijn allen samen. Ik voelde me opgelucht. Raar eigenlijk. Ik reageerde jaloers en daar had ik helemaal geen zin in. Maar het voelde wel zo. Ik stond weer op en zag dat et licht op zijn kamer uit was. Die zat nu voor de tv, dacht ik. Ik zuchtte. Ik was onrustig. Morgen met Roos de stad in. Ik schudde mijn hoofd en liep naar beneden. Ik had dorst. Ik was nerveus. Ik ging maar op tijd slapen, dat leek me het beste. Wegzakken, niet meer nadenken.

Ze zwaaide toen ze me zag lopen. Ze was er al.
‘Hoi,’zei ze vrolijk.
‘Hoi,’ antwoordde ik.
Even stonden we een beetje onhandig, geen houding kunnen geven. Allebei niet. Ik glimlachte.
‘Zullen we gaan lopen. Ik weet een winkel waar ze heel veel hebben. Best duur, maar wel handig om uit te zoeken.’
Ze lachte. ‘Is goed.’
‘Weet je al een beetje wat je wil?’
‘Beetje. Die van Senna vind ik wel gaaf.’
Pratend liepen we verder. Stiekem hoopte ik dat we iemand van school tegen zouden komen. Waarom eigenlijk? Roos praatte door, ik dacht aan Kaj. Ik had nog een tijd wakker gelegen, hij lag in mijn gedachten naast me. Je kon wel raden wat ik nog twee keer gedaan had die nacht. Ik keek even opzij. Ze was ontspannen, praatte vrijuit en was vrolijk. Samen liepen we de winkel in en keken bij de vitrines. Ik vertelde van alles, legde wat uit. Ze had er meer verstand van dan ze vooraf deed denken. Eigenlijk was ze er nog vrij snel uit.
‘Mooi,’ zei ze toen we weer buiten stonden. ‘Dan wordt het toch die Nokia.’
‘Het is een mooi ding.’
‘En handig.’
‘Je weet er nog best veel van, merkte ik.’
Ze grijnsde. ‘Ik heb al wat op internet zitten kijken hoor.’
‘Wil je nog ergens kijken?’
Ze schudde haar hoofd. ‘Nee, ik weet het nu wel. Even met mijn ouders overleggen en dan ga ik hem halen denk ik. Of via internet bestellen, dat kan ook.’
We waren ondertussen terug bij het plein waar we begonnen waren.
‘Iets drinken,’ zeiden we tegelijk.
We lachten en liepen zonder iets te zeggen naar het terras waar we een paar dagen ervoor ook hadden gezeten met zijn allen. Ze zakte onderuit in een stoel en deed haar jas los. Ik pakte een andere stoel, niet recht tegenover haar, maar schuin ernaast. Samen keken we over het plein heen.
‘Wat wil je?’ vroeg ik.
‘Ik ga wel halen. Ik betaal. Jij hebt me geholpen, niet andersom.’
Ik glimlachte. ‘Maakt niet uit hoor.’
Ze wuifde het met haar hand weg toen ze naar binnen liep. Ze had niet eens gevraagd wat ik wilde drinken. Ze kwam terug met een cola en een jus. De cola was voor mij, gelukkig.
‘Is goed toch?’ vroeg ze toen ze het glas neer zette.
‘Ja hoor, lekker. Dank je.’
‘Was leuk donderdag met zijn allen. Moeten we vaker doen.’
‘Ja,’ zei ik.
‘Is Jan echt altijd zo gek?’
Ik lachte. ‘Jan is wel oké.’
‘En Senna en Joris…’
Het stak me, maar dat liet ik niet merken. ‘Hoe bedoel je?’
‘Gewoon.’ Ze grijnsde. ‘Kom op, Remco, dat kon je toch wel zien?’
‘Jawel. Maar er is toch niks tussen die twee?’
‘Nog niet nee. Maar het zou me niet verbazen als dat binnenkort anders is.’
‘Misschien.’
‘Weet jij dan wat van Joris?’
‘Zit je me nu uit te horen?’ lachte ik.
‘Nee…’ zei ze gespeeld onschuldig. ‘Helemaal niet.’
‘Ik weet het echt niet. Zo goed ken ik hem nou ook weer niet.’
‘Maar Freek wel.’
‘Wat is er met Freek?’
‘Niks verder,’ zei ze me iets te snel.
‘Nee, nee.’
‘Nee, echt niet.’
Ik lachte. ‘Hij is nog vrijgezel hoor, als je wil.’
‘Hij had toch een vriendin?’
Het verbaasde me dat ze zoveel wist. Meiden. Die hielden alles bij.
‘Dat is alweer een tijdje geleden hoor.’
‘O, wist ik niet.’
‘Weet je het nu,’ lachte ik. ‘Opgelucht?’
Haar mond biel open maar ze lachte om mijn opmerking en stompte tegen mijn arm. ‘Wat denk jij allemaal wel niet. Nee, daarom vroeg ik het niet. Ik wil niets met Freek hoor.’
‘Voor wie vraag je het dan?’ Ik begon er plezier in te krijgen.
‘Niemand.’
Nu lachte ik helemaal. ‘Maak dat een ander wijs. Vertel op.’
‘Nee, dat ga ik je net vertellen.’
Er was dus toch iets. ‘Wie?’
Ze keek strak voor zich uit over het plein, dikke grijns op haar gezicht. Ze nam een slok. Ik schudde lachend mijn hoofd.
‘Ik weet het niet zeker. Dat is alles. Maar als het waar is dan merk je het wel.’
‘Ik dacht even dat je in opdracht vragen zat te stellen.’
Ze lachte. ‘Nee, echt niet. Ik wil echt een telefoon en ik vind het zo echt gezellig.’
Ik keek naar haar, ze keek ondeugend terwijl ze haar laatste slok nam. Daar gloeide het even van in mijn borst.
‘Mooi zo,’ zei ik.
Ze legde haar hand even op mijn knie en kneep. O nee, het zal toch niet? Ik glimlachte maar en dronk mijn glas verder leeg.
‘Nog iets?’ vroeg ik.
‘Nee, ik weet alles wel nu,’ antwoordde ze balorig.
‘Of je nog iets wil drinken,’ zuchtte ik.
‘Ow. Ja. Lekker.’
Ik stond op en ging nog wat halen. Rare meid. Ik wist niet wat ik er van moest denken. Met twee glazen, ik ging er maar van uit dat ze nog een jus wilde, liep ik terug naar buiten.
‘Wie vind jij leuk op school?’ vroeg ze vanuit het niets.
‘Hoe bedoel je?’
‘Jij weet best wat ik bedoel.’
Joris flitste in grote letters door mijn hoofd. Alsof hij naast me zat.
‘Meisjes? Geen idee. Kan ik je echt niet zeggen. Niemand in het bijzonder.’
Ze lachte. Ze geloofde me, dat kon ik zien.
‘En jij?’
Ze haalde haar schouders op. ‘Niemand echt speciaal.’
‘Lekker rustig.’
Ze lachte. ‘Ja. Lekker rustig.’
We bleven zo nog even zitten, onderuit, genietend van de drukte op het plein. Het onderwerp bleef verder onbesproken. Gelukkig maar. We namen een uur later vrolijk afscheid.
‘Ik zie je maandag,’ zei ik.
‘Ja. En bedankt hè? Het was leuk.’
‘Vond ik ook,’ glimlachte ik.
Ze treuzelde even. Er schoot weer door mijn gedachte dat het best mogelijk zou kunnen zijn dat ze iets voor mij voelde. Ik kon er niet naar vragen. Als ze het was dan had ik een nog groter probleem. Als ik het vroeg dan ging ze er waarschijnlijk van uit dat ik het ook was. Als ze het niet was dan zette ik mezelf enorm voor schut. Ik begon er niet over.
‘Doei,’ zei ze.
‘Doei,’ antwoordde ik zo vrolijk mogelijk terug.
Ze zwaaide nog een keer en reed weg. Ik was al helemaal in gedachten verzonken toen ik terug liep naar mijn fiets. Joris. Met Senna. Au.

Ik reed op mijn gemak, ik had geen zin om door te trappen. Vlak bij mijn huis werd ik ingehaald. Ik herkende hem meteen. Kaj! Hij reed alleen. Ik maakte wat meer vaart en bleef zo een meter of tien achter hem rijden. Bij het oversteken van de doorgaande weg moest hij stoppen. Ik slikte, dreef uit maar kwam toch schuin achter hem te staan. Dit was de eerste keer dat ik zo dicht bij hem was. Hij bleef het verkeer in de gaten houden, toen er geen auto’s meer aan kwamen kwam hij omhoog. Staand op de trappers keek hij nog een keer en keek zonder na te denken even over zijn schouder. Hij keek me recht in mijn ogen aan. Ik bleef voor mijn gevoel zo neutraal mogelijk kijken. Hij reageerde met een korte glimlach dus ik zal ook wel zoiets gedaan hebben zonder erg. Hij reed door, ik volgde. Zijn jas, zij rug, zijn spijkerbroek op dat zadel. Hij reed de stoep op, naar de zijingang van de flat. Ik draaide rechts en meteen weer links, naar mij huis. Als ik opschoot kon ik hem vanaf mijn kamer naar zijn huis zien lopen. Mijn vader was de auto aan het stofzuigen. Ik zette mijn fiets in de garage en ging bij hem staan. Nog beter. Ik kon hem zien lopen, hij kon mij nog een keer zien, zien waar ik woonde. Ik praatte met mijn vader maar hield met een schuin oog de flat in de gaten. Daar liep hij. Hij keek nog een keer. Hij was voor mij al zo vertrouwd dat ik bijna uit een automatisme zwaaide. Gelukkig deed ik dat niet, maar ik glimlachte wel terug. Hij ging naar binnen en ik ook. Op mijn kamer keek ik nog een keer naar buiten en zuchtte. Hoe kon ik toch ooit met hem in contact komen? Mijn telefoon ging.
‘Remco,’ zei ik terwijl ik nog naar Kaj zijn huis keek.
‘Hey, hoe was het?’
‘Freek,’ lachte ik. ‘Gewoon. Was gezellig.’
‘Ja ja.’
‘Freek… Echt, verder niets. Was gewoon gezellig.’
‘Oké, ik geloof je. Wat ga je vanavond doen?’
‘Weet ik nog niet.’
‘Ben je thuis?’
‘Ja hoor. Kom maar langs vanavond.’
‘Mooi, zie ik je dan.’ Hij lachte. ‘Ik ga je inmaken vanavond.’
‘Ik wens je nu alvast sterkte.’
‘En ik wil alles weten over vanmiddag.’
‘Vergeet het. Roos is gewoon leuk, meer niet.’
Ik hoorde hem grinniken. ‘Wat jij wil. Tot straks.’
Ik lachte en drukte mijn telefoon uit. Ik kroop nog maar even achter mijn computer. Op Hyves zag ik dat ik een berichtje had van Roos. Vriendjesverzoek. Ik klikte op accepteren en bladerde even door haar profielpagina heen. Aparte meid. Volgens mij had ze wel humor. Ik liet een berichtje achter en klikte door naar de pagina van Joris. Even kijken of er nog wat gebeurde tussen hem en Senna. Ze had hem weer een krabbel gestuurd en hij eentje terug, zag ik wat later. Opvallend, zijn album met mooie vrouwen was weg. Ik schudde lachend mijn hoofd en ging naar de pagina van Kaj. Niet veel nieuws. Wel een berichtje van iemand van zijn school. Tenminste, daar ging ik van uit. Maar ik snapte het niet. Ik las de zin nog een paar keer door. Dit was apart.

Hey Kaj! Het is stil hier. Wanneer kom je weer naar huis?
© 2010 Oliver Kjelsson