Hij had gelijk, hij had het goed gezien. Raar was het wel. Auke was voor mij jarenlang gewoon de broer van Martijn. Ruim een jaar ouder dan ik. Een doodgewone jongen, niets speciaals. Tot deze avond. Geen idee waarom. Ineens viel hij me op, zijn rossige haar, zijn heldere ogen. Niet groot, net zoals ik. Zijn lach, zijn blik. Ik wilde er eigenlijk niet aan denken. Waardoor kwam dit zo ineens? Was het omdat ik Peter miste? Ik ging hier nog geen conclusies aan verbinden, het overviel me. Vooral niet in paniek raken nu.
‘Ik zag je kijken,’ hoorde ik Kjeld naast me zeggen.
‘Viel het op?’
‘Mij wel. Hoe lang is dat al?’
Ik keek op mijn horloge. ‘Een uurtje of vier nu.’
Hij lachte verbaasd.
‘Kjeld, ik weet ook niet waarom. Ik had het nog niet eens van mezelf in de gaten in het begin. Ik… Weet ik veel.’
‘En Peter dan?’
Ik zuchtte. ‘Dat is het grote probleem.’
Ik rilde. ‘Kjeld, het wordt koud, ik wil naar huis.’
‘Nadenken?’
‘Ook. Maar vooral ook mijn bed in.’
Hij glimlachte. Ik hield hem even vast.
‘Zeg er maar verder niets over. Ik kijk morgen wel of ik nog hetzelfde voel. Het was ook gewoon gezellig vanavond. Weet ik veel.’
‘Welterusten,’ zei hij zacht en glimlachte.
Daarna reed ik verdwaasd naar huis. Ik kwam weer in de buurt van het huis van Auke. Zou ik nog even gaan kijken? Ik besloot het niet te doen. Ik wilde naar bed, ik wilde nadenken. Kon ik hier wel over nadenken? Nee, ik wilde gewoon slapen.
Ik had een onrustige nacht gehad. Ik stond laat op, zat met mijn gedachten bij Auke. Zoals de hele nacht. Hij zat overal, in mijn hoofd, in mijn maag, in mijn handen. Ik at niet veel, kreeg bijna geen hap meer door mijn keel. Zoveel had ik toch niet gedronken de avond ervoor? Mijn hoofd was in paniek en zweefde tegelijkertijd. Ik dacht even aan Peter en besloot niet op msn te gaan kijken. Dat durfde ik niet aan. Eerst moest ik Auke uit mijn hoofd hebben. Dat had misschien even tijd nodig, maar het zou wel goed komen. Het was idioot, hoe kon ik nou ineens iets voor Auke voelen? Zomaar plotseling? Onzin. Er was vast een goede verklaring voor. Hij zat bijna de hele avond bij me, praatte met me in de keuken over Kjeld. Ik miste Peter en ik kreeg aandacht. Uit een onverachte hoek, misschien was dat het wel. Kjeld was gewoon mijn maatje de laatste tijd, net zoals Jelle. Net zoals Marloes en Linda misschien wel. Jeroen, Martijn, gewoon goede vrienden. Maar Auke… Ik had nooit zoveel contact met hem, we kenden elkaar, dat was het. Wat zei hij nou ook alweer tegen me in de keuken? Niemand kon nee tegen mij zeggen? Wat bedoelde hij daar nou weer mee? Of zocht ik nou dingen waar helemaal niets achter zat? Ik zuchtte, voelde zijn hand weer die lachend door mijn haar ging. In gedachten duwde ik die weg. Ik had hier helemaal geen zin in. Dit was niet eerlijk tegenover Peter.
Kjeld belde me nog, vroeg of ik thuis was. Ik moest even nadenken of ik daar wel zin in had. Ik kon het niet ontwijken, zei dat ik het leuk vond als hij langs kwam. Dat was het natuurlijk ook wel. Binnen tien minuten was hij er ook. Ik nam hem meteen mee naar mijn kamer, geen zin om in de keuken te gaan zitten waar mijn moeder bij was.
‘Was een leuk feestje,’ zei ik.
‘Ja,’ antwoordde hij vrolijk. ‘Het was gaaf.’
‘Blij dat je meegegaan bent?’
Hij glimlachte. ‘Jawel.’
‘Marloes en Martijn,’ lachte ik.
‘Ja,’ lachte hij weer. ‘Zouden die nou iets hebben?’
‘Geen idee,’ zei ik. ‘Maar het zou me niet verbazen.’
‘En jij…’
‘Kjeld, vergeet het.’
‘Hoezo?’
Ik haalde mijn schouders op. ‘Omdat het idioot is. Ik zet het wel uit mijn hoofd. Ik heb Peter. Bovendien, Auke is niet zo.’
‘Hoe weet je dat zo zeker?’
‘Dat zie je aan hem,’ zei ik dwars. ‘Onmogelijk.’
‘Waarschijnlijk heb je wel gelijk.’
‘Niks waarschijnlijk, ik heb gewoon gelijk.’
Kjeld glimlachte. ‘Maar misschien…’
‘Kjeld, even reëel blijven. Vergeet het. Ik heb je dit nooit verteld.’
Hij zweeg, keek alleen maar.
‘En jij?’ vroeg ik toen.
‘Wat?’
‘Verliefd? Op wie?’ Gemeen van me, maar ik wilde het niet meer over Auke hebben.
‘Ben ik niet,’ zei hij voor zich uit.
‘Je bent toch wel eens verliefd geweest?’
‘Nee. Niks voor mij.’
‘Ah, kom op. Dat maak je me niet wijs.’
‘Oké, maar dat is al lang geleden.’
‘Vertel.’
Hij keek me moeilijk aan.
‘Als je het wilt vertellen,’ zei ik snel. Ik zag dat hij het er moeilijk mee had.
‘Vorige school. Echt een leuk meisje, maar ik durfde niks. Dat prikkeldraad? Zij was er bij. Zij lachte nog het hardst van allemaal.’
Ik schrok, baalde dat ik er over begonnen was. Hij zuchtte, wilde er duidelijk niet aan herinnerd worden.
‘Dubbel pijn?’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Ze pestte me altijd al.’
‘Waarom word je er dan verliefd op?’
‘Weet ik veel. Ze was gewoon mooi.’
‘Onmogelijke liefdes zijn erg.’
Hij knikte. ‘Die zijn zwaar jeumig.’
Ik schoot in de lach.
‘Net zoals Auke,’ zei hij spottend.
‘Dat is anders. Auke pest me niet, Auke is aardig.’
Het was de manier waarop ik het zei. Het klonk wanhopig. Ik schrok er nog meer van dan Kjeld. Die knikte alleen maar.
‘Nog laat geworden?’ vroeg Marloes maandag aan mij op school.
‘Nee, wij zijn vlak na jullie gegaan. Ik kan het beter aan jou vragen denk ik.’
Ze keek me lachend aan, ik grijnsde breed terug. Jelle en Linda lachten.
‘Ja,’ zei Jelle, ‘vertel op.’
‘Gaat jullie geen moer aan,’ verdedigde ze zich. ‘Maar hij zoent wel lekker.’
‘Ik wist het,’ lachte Jelle.
‘He, rustig aan jij,’ zei Marloes meteen. ‘Geen idee wat dat verder gaat worden. Dus hou je bek maar gewoon in het dorp.’
Linda glimlachte. ‘Alsof je dat vrijdag geheim kunt houden in de schuur.’
‘Zien we dan wel weer. Maar dan was het in ieder geval niet voor een keer.’
‘Zo is Martijn niet,’ zei Jelle.
‘Eerst zien, dan geloven,’ zei Marloes.
‘Niet alle jongens zijn zo hoor,’ zei ik protesterend.
Kjeld keek lachend naar me. Ik wist waarom hij zo keek. Ik glimlachte.
‘We zien het vrijdag wel,’ zei Jelle terwijl hij even zijn arm om Linda heen sloeg.
‘Blijft goed gaan tussen jou en Linda,’ zei ik toen we na school samen naar huis fietsten.
‘Zeker,’ zei hij trots.
‘Goed dat je toen naar mij geluisterd hebt,’ grapte ik.
Hij knikte. ‘Ik dacht echt dat ze iets met Kjeld had, in ieder geval dat ze mij niet zag staan.’
‘Zo zie je maar.’
‘Zonder die tips van jou was het me nooit gelukt,’ lachte hij.
‘Natuurlijk wel.’
‘Spreek je Ulrike nog veel?’
‘Paar keer per week,’ zei ik.
‘Ik vind het knap hoe je dat vol houdt. Ik zou gek worden, zo ver uit elkaar.’
‘Is ook niet makkelijk,’ zei ik.
‘Is er niemand hier dan, die je wel leuk vindt?’
‘Nee,’ zei ik. ‘Ik heb Ulrike toch?’
Hij haalde zijn schouders op, nodigde me bij hem thuis uit. Lang geleden dat ik een middag met hem optrok. We gingen naar zijn kamer, met zijn bed, waar ik hem toen dronken opgegooid had. Ik zag hem weer even voor me, keek naar hem hoe hij nu op zijn bed zat, kleren aan die in mijn gedachten langzaam oploste. Ik wilde weer eens iemand tegen me aan hebben, huid tegen huid. Auke kwam weer in mijn gedachten.
‘Denk je aan?’ haalde Jelle me weer terug.
‘Niks,’ zei ik.
Hij liet het er bij. We speelden een spel op zijn computer, zette zijn msn aan en ouwehoerden met vrienden van ons.
‘Zou Ulrike online zijn?’ vroeg hij ineens.
‘Die zit nog op school,’ zei ik.
‘Wanneer zie je haar weer online?’
‘Geen idee,’ zei ik. ‘Deze week ergens waarschijnlijk.’
Hij keek me nog een keer aan. ‘Je kijkt er niet gelukkiger door.’
Ik haalde mijn schouders op.
‘Ben je nog wel verliefd op d’r?’
‘Jawel,’ zei ik, niet echt overtuigend. ‘Jawel,’ zei ik toen krachtiger. ‘Dat ben ik nog wel.’
‘Maar?’
‘Niks maar. Af en toe baal ik er gewoon van dat we zo’n eind uit elkaar wonen. Het voelt af en toe eenzaam.’
Jelle keek me een keer aan. ‘Ik zeg niks meer.’
‘Fijn,’ zei ik.
Ik had ook helemaal geen zin om het er over te hebben. Ik vond het zo allemaal al moeilijk genoeg.
Vrijdagavond was het al snel duidelijk; dat tussen Marloes en Martijn was niet voor een keertje. Ze stonden eerst nog een beetje verlegen bij elkaar, niet van elkaar wetend wat de ander nou eigenlijk dacht, maar dat werd snel duidelijk. Ik stond even met Jeroen te praten, tot ik plotseling alleen stond. Jelle en Linda, Marloes en Martijn, ze waren naar de zolder. Ik voelde me een beetje alleen ineens. Miste Peter weer. We hadden elkaar nog online gezien vlak voor ik naar de schuur ging. Ik vond het een beetje moeilijk, zeker na die gesprekken met Kjeld en Jelle. Peter had niets in de gaten, gelukkig. Ik duwde me met mijn elleboog van de bar af, ging bij het groepje meiden zitten. Gezellig. Sandra zat dicht tegen me aan, praatte tegen me, lachte om alles wat ik zei. Mark, het ideale kleine broertje. Een voor een stonden de anderen op en zaten we nog alleen. Ik had niets in de gaten, praatte gewoon door. Ze lachte weer, legde even haar hand op mijn been. Toen werd ik wakker. Het zou toch niet? Jawel dus. Haar schouder zat nu de hele tijd tegen die van mij, ze liet niet meer los. Ik schoof een stukje op, hier had ik geen zin in.
‘Hoe gaat het met dat meisje die je op vakantie hebt leren kennen?’ vroeg ze ineens direct.
‘Goed,’ zei ik.
‘Mij lijkt het helemaal niks, zo ver uit elkaar.’
‘Het went,’ zei ik.
‘Echt? Ik zou er niet tegen kunnen, het lijkt me zo eenzaam.’
Toen maakte het een klik in mijn hoofd. Dat had ik zo tegen Jelle gezegd. Ik keek even rond, en zag dat Jelle en Linda weer terug beneden waren. Ze hielden me in de gaten. Jelle had het niet zomaar gevraagd, hij had me uit zitten horen.
‘Valt wel mee,’ zei ik kort en wilde opstaan.
‘Ze mag van geluk spreken met jou,’ zei ze.
Ik haalde mijn schouders op en ging staan. ‘Even wat drinken.’
Ik liep naar de bar, bestelde een flesje bier en liep naar Jelle.
‘Heb jij mij voor Sandra uit zitten horen afgelopen week?’
‘Ehh…’
‘Niet meer doen, Jelle.’
Linda keek betrapt.
‘En jij ook niet,’ zei ik er achteraan.
‘Sorry,’ zei Jelle, ‘het was niet mijn idee.’
‘Sandra bleef maar vragen,’ zei Linda.
‘Laat alsjeblieft zitten,’ zei ik.
Ik had het gehad daar binnen. Ik ging naar buiten, ging met mijn rug tegen de muur staan en staarde voor me uit over de weilanden. Ik nam een slok. Het begon te regenen. Ook dat nog. Auke kwam aanfietsen, zag ik.
‘Hé, Mark, alles goed?’
‘Ja hoor.’
Hij grinnikte ongelovig. ‘Ik zie het.’
Ik keek even naar hem. ‘Ze hebben me proberen te koppelen, en daar heb ik geen zin in.’
Hij lachte. ‘Kan ik me voorstellen.’
‘Dus laat mij maar even.’
‘Ga naar binnen man, je wordt zeiknat zo. En laat ze lullen, zolang jij maar weet wat je wilt. Verder is het hun probleem.’
Ik glimlachte. Hij had ook wel gelijk. Zij liep net een blauwtje, ik niet. Hij sloeg me een keer op mijn schouders toen ik samen met hem naar binnen liep. Ik deed tegen Jelle en Linda of er niets gebeurd was, waar ze opgelucht op reageerden. Het was wel weer goed zo.
Eindelijk, ik had Peter weer eens online. Voor het eerst sinds een week. Hij was enthousiast, de eerste sneeuw was gevallen. Het was nog wel hoog in de bergen, maar het gaf wel het begin van het winterseizoen aan.
‘Kan ik je leren skiën’ lachte hij.
‘En nog veel meer,’ grijnsde ik.
Hij lachte ondeugend terug met die bekende blik van hem. We maakten plannen, wat we allemaal gingen doen in februari, buiten en binnen, overdag en midden in de nacht. Ik zat er weer helemaal middenin, had het hele gevoel weer terug. We sloten op tijd af, volgende dag moesten we allebei weer naar school. In bed liet hij me niet meer los. Ik kuste hem, streelde hem over zijn rug onder zijn shirt. Ik stroopte het op, hij strekte zijn armen en liet het uittrekken. Ik hield het T-shirt om zijn hoofd, zijn armen omhoog. Ik kuste zijn borst, zijn zij, net onder zijn oksel. Hij lachte, vocht zich toen vrij. Mijn kleren verdwenen terwijl hij boven op me zat, naakt, zijn billen op mijn kruis dat snel groeide. Ook hij stond stevig overeind, ik pakte hem vast. Hij kreunde, schoof wat naar boven. Ik gleed tussen zijn billen uit, ik zag hem achteruit pakken en voelde zijn hand. Zijn lul was nu net vlak voor mijn gezicht. Ik keek, stak mijn tong uit. Hij schoof nog wat dichterbij zodat ik hem kon kussen. Daarna wilde ik hem helemaal hebben. Peter was zwaar, maar dat maakte me niet uit. Mijn tong draaide er omheen, ik zoog zachtjes. Hij zuchtte, bewoog langzaam heen en weer. Ik hoefde verder niets te doen, voelde en zag hem in en uit mijn mond glijden. Ik ademde zwaar door mijn neus, voelde zijn hand knijpen. Hij ging sneller, merkte ik, met zijn heupen en met zijn hand. Hij hijgde, kreunde zachtjes. Zijn andere hand streek over mijn hoofd, door mijn haar. Ik kneep in zijn heupen, voelde hem weer naar voren gaan. Hij kreunde, ik voelde het in mijn mond komen. Mijn hoofd tolde, keek hem diep in zijn ogen. Hij ging achteruit, ging er bovenop zitten. Hij kneep met zijn billen, wist dat ik er ook bijna was. Ik duwde mijn heupen omhoog, spande mijn spieren en ontplofte. Hij kwam op mij liggen, Kuste me, zocht met zijn tong die van mij. Langzaam dreef ik weg.
‘Even douchen?’ hoorde ik hem vragen.
Mijn wekker ging. Inderdaad, even douchen dan maar. Ik was bruut uit mijn slaap gehaald, uit mijn droom. Maar ik kon er niet chagrijnig van worden. Ik had de hele dag een goed humeur. Jelle viel het op, vroeg nog wat er was maar ik heb niets verteld. Dit was mooi van mij, en van mij alleen.
‘Wat heb jij vandaag?’ vroeg Kjeld toen ik ’s middags bij hem was.
‘Peter en ik hebben plannen zitten maken voor februari, als ik daar heen ga.’
‘Gaaf,’ lachte hij.
‘Ik kijk er echt naar uit,’ zei ik vrolijk.
‘Je straalt er van,’ zei hij.
Ik kon alleen nog maar glunderend glimlachen.
‘Wat ga je morgenavond doen?’ vroeg hij ineens.
Ik hoorde aan zijn stem dat hij dat niet zomaar vroeg.
‘Misschien naar de schuur,’ zei ik voorzichtig.
‘Weet je nog niet zeker?’
‘Ik denk het wel. Waarom vraag je het?’
‘Mag ik mee?’
Ik keek hem verbaasd maar vrolijk aan. ‘Natuurlijk mag je mee.’
‘Gaaf.’
‘Jij altijd. Gezellig.’
‘Hoe laat ga je?’
‘Meestal rond half 9. Zal ik eerst hierheen komen?’
‘Graag,’ zei hij.
Ik besloot niets tegen de rest te zeggen. Dat zagen ze daar wel. Kjeld kon er wel om lachen, wilde er ook niet iets speciaals van maken dat hij ineens weer eens naar de schuur kwam. Voor de tweede keer, nadat hij de eerste keer… Niet aan denken. Dat was geweest, al een tijd geleden. Ik zat vrolijk aan tafel thuis die vrijdagavond, ik had er zin in. Bovendien zat ik nog steeds met die roes van Peter in mijn hoofd. Ik kon ook nergens anders aan denken eigenlijk.
‘De eerste sneeuw is daar gevallen,’ zei ik.
‘De tijd gaat snel,’ zei mijn moeder filosofisch. ‘Het lijkt nog zo kort geleden dat we daar waren in de zomer.’
‘Nog even, en ze kunnen gaan skiën daar.’
Mijn moeder glimlachte. ‘Er breken voor hen weer drukke tijden aan.’
‘Ik kan niet wachten om te gaan,’ zei ik.
Ze keek me verbaasd aan, mijn vader ook.
‘Hoe bedoel je?’
‘Peter heeft me toch uitgenodigd voor februari, om te komen?’
‘Je kunt niet eens skiën’ zei mijn vader.
‘Dat wil hij me juist leren,’ zei ik.
‘Ik weet niet of dat nou wel zo’n goed idee is, Mark,’ zei mijn moeder.
We waren ondertussen klaar met eten, bleven nog even zitten.
‘Hebben we het toch al eens over gehad?’ probeerde ik.
‘Weet je wel wat dat kost?’ Mijn vader weer.
‘Ik kan bij Peter op de kamer slapen,’ zei ik.
‘Maar de rest? De trein, ski’s, weet je wel wat zo’n skipas kost voor een week?’
Ik haalde mijn schouders op. ‘Ik heb toch spaargeld? En ik kan van alles lenen van Peter.’
‘En het is ook niet ongevaarlijk.’ Dat was typisch mijn moeder.
Ik keek strak voor me uit.
‘Begrijp me niet verkeerd, Mark, het is best een grappig idee van jullie, maar je moet wel even verder nadenken.’
‘Ik kan toch best gaan? Wat maakt dat nou uit?’
‘Denk er eerst nog maar eens over na,’ zei mijn vader. ‘Wij zijn het er in ieder geval nog niet mee eens.’
Ik schoof mijn stoel naar achteren, ging naar mijn kamer. Ik liet me op bed vallen, ik was kwaad. Dit konden ze me niet aandoen. Ik moest er naar toe. Dit was een kans die ik niet kon laten schieten. Gratis, bijna gratis op wintersport, daar kun je toch geen nee tegen zeggen? In hun ogen dan. Voor mij kwam er nog wat meer bij. Als dit niet doorging, wanneer zou ik Peter dan pas weer zien? Ik draaide mijn hoofd in mijn kussen, huilde. Alles stortte in. Ik draaide even later weer op mijn rug, staarde naar het plafond, veegde mijn ogen droog. Ik keek op mijn horloge, het werd zo tijd om te gaan. Ik friste me op, ging weer naar beneden, trok mijn jas aan.
‘Ik ben naar de schuur,’ riep ik.
‘Veel plezier,’ riep mijn moeder vrolijk terug.
Die was de hele discussie al weer vergeten. Ik trapte naar Kjeld, met Peter in mijn hoofd.
‘Is er iets?’ vroeg Kjeld bijna meteen toen ik bij hem binnen kwam.
‘Niks,’ zei ik.
Zijn ouders waren thuis, ik wilde het er nu niet over hebben. Ik keek Kjeld een keer aan, die geloofde me niet. Hij stelde voor om even naar zijn kamer te gaan voor we zouden vertrekken, het was nog vroeg. Op zijn kamer brandde ik meteen los.
‘Ze willen me niet laten gaan in februari.’
‘Nee,’ zei hij verbaasd, ‘dat meen je niet.’
‘Jawel, dat meen ik wel. Ik begon er vanavond over, maar ze zien het niet zitten. Kost teveel, gevaarlijk, weet ik het.’
‘Dat is kut. Jeumig,’ verbeterde hij zich snel.
Ik glimlachte flauw. ‘Mooie jeumigstreek, ja.’
Kjeld keek me begripvol aan. ‘Zeggen waarom je echt wilt gaan is geen optie zeker?’
Ik schudde mijn hoofd. Dat was absoluut geen optie. Dat ging ik ze niet vertellen. Nu nog niet.
‘Ik vraag me af wanneer ik hem weer zie,’ zei ik zachtjes.
Ik veegde langs mijn wang. Ja, ik huilde weer. Kjeld kwam meteen naast me zitten, sloeg een arm om me heen en hield me stevig vast. Lieve Kjeld. Ik liet me tegen hem aan hangen. Armen om me heen, dat had ik even nodig.
‘Ik moest er nog maar even over nadenken zeiden ze.’
‘Dan doe je dat toch?’
‘Maar ik weet al wat ik wil.’
‘Hoeven zij niet te weten. Je hebt nog genoeg tijd om ze over te halen.’
Ik zuchtte. Daar had hij ook weer gelijk in.
‘Wil je nog wel naar de schuur?’
Ik keek hem even aan, veegde met mijn mouw langs mijn ogen en knikte.
‘We zullen zo eens gaan,’ zei ik.
‘Zeker weten? Je moet niet alleen voor mij gaan hoor. Dat kan een andere keer ook wel.’
‘Nee, we gaan.’
Hij glimlachte. We lieten elkaar los, stonden op om te gaan.
‘Dank je wel, Kjeld.’
Hij zei niets, glimlachte alleen maar.
Kjeld werd enthousiast begroet toen hij binnen kwam. Niet te overdreven, maar Jeroen liet merken dat hij het erg leuk vond dat Kjeld er was. Afronding van een geschiedenis, leek het wel. Kjeld liet het verlegen over zich heen komen. Ik kon er wel om glimlachen, als ik even niet aan het gedoe met mijn ouders dacht. Ik bestelde twee flesjes, gaf een eentje aan Kjeld. Ze tikten tegen elkaar, we namen tegelijk een slok. Kjeld was vrolijk, had het naar zijn zin. Dat maakte voor mij veel goed, al liet het me allemaal nog niet los. Ik zag Sandra kijken en dacht weer aan Peter. Ze moest eens weten hoe slecht het met mijn relatie ging. Ik staarde voor me uit. Wat had het allemaal nog voor nut? Hoe later het werd, hoe meer ik tot de conclusie kwam dat het allemaal geen zin meer had. Als die week in februari niet doorging, dan zag ik hem misschien in de paasvakantie pas weer, of in de zomer. Als we daar tenminste weer op vakantie zouden gaan, tegen alle vakantieplannen van mijn ouders in. Na mijn tweede flesje kreeg ik zin om mijn tas in te pakken en weg te gaan. Dan maar zonder toestemming. Dan maar niet in februari maar nu meteen. Bankpas mee, kaartje kopen op het station en wegwezen, naar Peter toe. Belachelijk idee, wist ik ook wel. Dat kreeg ik nooit uitgelegd aan de ouders van Peter, die zouden me meteen weer terug sturen. Bovendien, dan had ik voor de rest van mijn leven huisarrest, dat wist ik zeker. Kjeld stootte me aan.
‘Gaat het nog wel?’
‘Jawel,’ zei ik.
‘Zeker weten? Je staat zo te staren.’
‘Ik ben net tot de conclusie gekomen dat nu mijn tas inpakken en naar Zwitserland gaan waarschijnlijk meer problemen oplevert dan hier te blijven,’ grijnsde ik.
Hij lachte. Ik lachte mee, werd er wel balorig van eigenlijk. Nog maar een flesje, ik had er zin in. Iets later kwam een vriendin van mijn nichtje bij me staan. Ze begon gewoon tegen me te praten, maar ik kon me niet voorstellen dat ze dat voor de gezelligheid deed.
‘Weet jij hoe het met Machteld gaat?’
Dus toch. Ik haalde mijn schouders op. ‘Ik heb echt geen idee.’
‘Ze heeft nog steeds huisarrest, geloof ik.’
‘Kan,’ zei ik, ‘ik weet het niet.’
‘Als ik haar bel dan doet ze heel afwezig, alsof ze geen contact wil. Dat is toch raar?’
‘Ja,’ zei ik.
‘Haar ouders waren laaiend toen ze hoorden dat ze hier John altijd zag.’
Goh, heette hij zo? Hij was er trouwens wel deze avond.
‘Wat zegt hij er van?’ vroeg ik nieuwsgierig.
‘Dat ze geen contact meer hadden, omdat haar ouders dat niet wilden.’
Ik trok alleen mijn wenkbrauwen maar op.
‘Maar het is toch gek dat ze geen contact met ons wil?’
‘Weet ik veel. Misschien heeft het zijn tijd nodig, probeert ze zoveel mogelijk te doen wat haar ouders willen, om dat huisarrest zo snel mogelijk op te lossen. Misschien baalt ze wel heel erg dat ze die John niet meer mag zien.’
Ze haalde haar schouders op. Wist het ook niet. Ze ging weer. Dus dat was het verhaal dat rond ging. Ik vond het allemaal maar raar. Dit konden ze toch niet volhouden? Deden ze dit zodat niemand zag dat ze zwanger was? Ik kon het me niet voorstellen. Dan zou ze negen maanden onzichtbaar moeten blijven, en dat in ons dorp. Dat ging nooit lukken.
‘Wat was dat?’ vroeg Marloes.
‘Weet ik veel,’ zei ik balorig met mijn vierde flesje in mijn handen.
Ze keek me veelbetekenend aan.
‘Niet zoveel vragen. Ze heeft huisarrest, omdat haar ouders er achter zijn gekomen dat ze iets met die buurjongen had. Meer weet ik ook niet.’
‘Raar.’
‘Ja,’ grinnikte ik.
‘Gaat alles goed met jou?’
‘Kan niet beter,’ zei ik.
Jelle kwam er bij staan, vroeg hetzelfde.
‘Met mij gaat alles prima,’ mokte ik, ‘hou nou eens op.’
Marloes legde haar hand op mijn schouder, die ik meteen losrukte. Ze keek verschrikt. Ik besefte wat ik deed, keek haar nog even aan en liep toen naar buiten.
‘Wat heeft die nou weer?’ hoorde ik Jelle verbaasd zeggen. ‘Mark?’
Ik draaide me om, keek moeilijk. Ik zag vier verbaasde gezichten en een bezorgde. Dat was die van Kjeld. Ik draaide me weer om, naar buiten.
‘Hij heeft vandaag gehoord dat zijn vakantie in februari niet door gaat,’ hoorde ik Kjeld nog zeggen. ‘Ik ga wel even.’
Dat deed hij niet alleen. Marloes kwam mee, samen met Jelle.
‘Mark, da’s kut jongen.’
‘Nog kutter dan jeumig,’ zei ik recht vooruit.
Ik stond met mijn rug tegen de muur, staarde in de verte. Nee, ik ging nu niet janken. Onder geen voorwaarde. Ik had hier geen zin in. Ik kreeg aandacht die ik niet wilde. Niet deze en zeker niet hier in de schuur. Ik wilde het ze best wel vertellen, maar niet nu, niet hier.
‘Het is nou eenmaal zo, en daar ben ik een beetje pissig over. Sorry.’
Marloes pakte me even vast, Jelle kneep in mijn schouder.
‘Het is gewoon niet eerlijk,’ klaagde ik.
‘Misschien moet je het toch maar eens vertellen van jou en Ulrike, dan begrijpen ze het wat beter,’ zei Jelle.
Ik zag Kjeld kijken.
‘Nee,’ zei ik, ‘dat gaat niet echt werken denk ik.’
‘Ik ken haar ouders niet natuurlijk,’ ging hij verder.
‘Precies,’ zei ik. ‘Komt niet goed. Geloof me.’
Ik redde me er nog goed uit. Natuurlijk was dat de meest voor de hand liggende oplossing. Alleen niet in dit geval. Maar dat kon ik niet uitleggen.
‘Misschien lul ik ze nog wel om,’ zei ik hoopvol.
‘Zo mag ik het horen,’ zei Jelle.
‘Heb ik hem ook al gezegd,’ zei Kjeld. ‘Maar dit is natuurlijk wel zwaar kut.’
‘Jeumig,’ zeiden Jelle en ik tegelijkertijd.
Marloes lachte even. ‘Niet opgeven, Mark.’
‘Doe ik ook niet,’ zei ik strijdbaar.
Ze knuffelde me weer kort.
‘Kom,’ zei ik, ‘binnen is het veel gezelliger.’
Ik zag wat onderzoekende gezichten, van Jeroen, van Martijn, van Auke die toevallig in de buurt stond. Ik liet ze maar kijken, deed weer alsof er niets aan de hand was. Jelle drukte me een flesje in mijn handen. Werd het toch nog gezellig. Ik lachte weer. Ik ging Kjeld maar eens in de gaten houden, die had het echt naar zijn zin. Positieve energie. Hij lachte, praatte vrolijk mee. Ik was blij, stiekem ook een beetje trots op mijn opzet om hem hier binnen te krijgen. Hij verdiende het. Alleen stond hij er ineens wel twee keer, vlak naast elkaar, half door elkaar heen. Ik ging maar eens tegen de bar aan leunen, dat voelde wat steviger. Af en toe zei ik nog wat, maar ik lachte des te meer. Dit kon niet goed gaan. Jelle zag het als eerste.
‘Mark, wij gaan even een luchtje scheppen buiten.’
‘Het is koud buiten,’ zei ik niet helemaal vloeiend. Hij begon te lachen.
‘Nog een biertje dan?’
‘Uhmmmm…’
Hij lachte nog harder. ‘Dat dacht ik al. Je hebt genoeg op.’
‘Ja,’ zei ik.
Ik leunde nu echt tegen de bar. Als je niet met me praatte had je niets in de gaten.
‘Kjeld?’ hoorde ik hem naast me roepen.
Ik zag Kjeld op me af lopen, hij keek naar me.
‘Wij gaan Mark naar huis brengen. Ze gaan toch bijna dicht hier.’
Was het al zo laat?
‘Helpen?’ hoorde ik Martijn.
Ik hoorde Auke. ‘Ik rij wel mee. Jij moet Marloes naar huis brengen en Jelle Linda.’
Ik vond het allemaal wel best. Ik wilde gewoon naar bed, ik wilde slapen. Ik keek naar Kjeld.
‘Sorry,’ mompelde ik.
Hij lachte. ‘Geeft niks, Kan iedereen een keer gebeuren.’
We zochten mijn fiets, Auke reed naast me, Kjeld achter ons.
‘We moeten eerst Kjeld thuis afzetten,’ zei ik toen we voorbij zijn straat reden.
‘Ik kom straks wel thuis hoor, ik wil eerst zeker weten dat jij veilig thuis bent.’
Auke naast me lachte alleen maar. Door de frisse wind ging het al weer een stuk beter met me. Ik reed redelijk recht. Bij mijn huis stopte ik.
‘Mee naar binnen gaan?’ vroeg Kjeld.
Ik schudde mijn hoofd. ‘Gaat wel. Ze slapen al, als jullie nu mee naar binnen gaan horen ze het misschien en dan heb ik echt een probleem als ze me nu zo zien.’
‘Waarschijnlijk wel, ja,’ lachte Auke.
‘Kijken jullie uit op weg terug naar huis?’
‘Natuurlijk,’ lachte Kjeld.
‘Ik rij wel met hem mee,’ zei Auke tegen mij. ‘Komt wel goed.’
‘Hoeft niet hoor,’ zei Kjeld. ‘Ik red me wel. Zo ver is het niet.’
Ik zuchtte. ‘Ik heb me wel een beetje aangesteld vanavond geloof ik.’
‘Niet over in zitten, Mark,’ zei Kjeld. ‘De rest snapt dat wel.’
‘Dan nog.’
‘Iedereen maakt dit een keer mee, Mark,’ grinnikte Auke. ‘Morgen dagje koppijn en dan is alles weer normaal.’
‘Ik ga naar binnen,’ zei ik.
‘Welterusten,’ zei Kjeld.
Ik liep naar hem toe, hield hem even vast. Daarna keek ik hem aan. ‘Bedankt.’
‘Graag gedaan,’ zei hij.
Daarna keek ik naar Auke. ‘Dank je wel.’
‘Vanzelf, Mark. Slaap ze.’
‘Gaaf dat je me thuis hebt gebracht, echt waar. Is lief van je.’
Auke lachte. Ik keek even naar hem en trok hem toen naar me toe, dicht tegen me aan. Ik had teveel gedronken, duidelijk. Ik keek hem even glimlachend aan en gaf hem toen een kus. En nog eentje. Daarna drukte ik mijn lippen op die van hem en hield ze daar. Auke schrok, ik daarna ook, toen ik besefte wat ik deed. Ik keek hem verschrikt aan, hij keek net zo, met grote ogen. In mijn ooghoek zag ik Kjeld kijken, met zijn mond wagenwijd open van verbazing.
‘Sorry,’ zei ik, ‘ik heb een beetje teveel gedronken.’
‘Da’s nu wel duidelijk,’ lachte Auke nerveus.
‘Sorry.’
‘Geen sorry zeggen, het is niet erg.’
‘Niet?’
‘Nee, is niet erg.’
‘Nog een keer dan?’
Hij lachte nerveus, keek me in mijn ogen. Zag ik dat goed? Ik waagde het er op. Als hij het zo niet bedoelde dan kon ik altijd nog zeggen dat ik zo zat was als het maar kon, hoewel ik me ondertussen redelijk nuchter voelde. Ik kuste hem weer. En nog een keer. Mijn lippen tastten die van hem af, raakte ze iedere keer weer, hapte er mee op zijn bovenlip.
‘Zo zat ben je niet,’ fluisterde hij.
‘Nee,’ grinnikte ik.
Daarna trok ik hem weer naar me toe. Ik zocht zijn tong, verloor mezelf in een fantastische zoen. Zijn armen hielden me vast, zijn handen aaiden eventjes over mijn rug. Hij zoende goed, niet te zuinig. Heel even keek ik vanuit mijn ooghoek naar Kjeld. Die grijnsde alleen maar. Daarna bestond alleen Auke nog maar. Ik wurmde mijn hand onder zijn jas, voelde de warmte van zijn lichaam door zijn trui. Ik sloeg een been om hem heen, voelde hem helemaal tegen me aan. Hij kreunde bijna onhoorbaar.
‘Ehh,’ hoorde ik Kjeld zachtjes grinniken, ‘ik ga maar. Veel plezier nog.’
c 2007 Oliver Kjelsson