‘Ik was nooit op de voorgrond,’ begon hij uit zichzelf.
We zaten alleen op een bankje, niemand in de buurt.
‘Dat hoeft toch ook niet?’ zei ik.
‘Nee.’
‘Hoe is het begonnen? Zomaar?’
‘Nee.’
‘Hoe zijn ze er achter gekomen?’ raadde ik. ‘Je bent homo toch, of niet?’
Hij knikte twijfelend. ‘Ik had het iemand in vertrouwen verteld. En die lulde het door.’
‘Jezus.’
‘Ik had geen antwoorden meer. Jij wel.’
‘Nou… Zo makkelijk vond ik het ook niet hoor. Ik zweette me kapot toen ik het Owen vertelde.’
‘Ben je verliefd op hem geweest?’
‘Nee. Owen is gewoon een gouden kameraad. Net als Daphne.’
‘Leuk.’
‘Ja,’ lachte ik. ‘En jij? Jij wel op die jongen?’
Hij knikte.
‘Mooie domper. Heterojongens snappen er niets van,’ grinnikte ik balorig.
Hij lachte. De eerste keer dat ik hem echt hoorde lachen. Hij voelde zich meer op zijn gemak, volgens mij blij dat hij zijn verhaal kwijt kon. Mij eindelijk vertrouwde.
‘Het was echt erg. Iedereen viel over me heen. Flauwe grappen, maar woorden doen geen zeer.’
‘Nee?’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Daar bleef het niet bij. Banden leeg, tas in de pauze weg toen ik even niet keek, dat soort dingen. Als ze de kans kregen jatten ze mijn telefoon uit mijn handen, of mijn tas, of tegelijk.’
Ik siste tussen mijn tanden, schudde mijn hoofd. Het kwam ook allemaal wel bekend voor. Mijn telefoon trilde. Ik keek even snel, het was Abel.
“Hoe laat ben je op het station? Ben je onderweg?”
“Nee,” typte ik snel terug, “ben pas laat terug.”
Dit was even belangrijker. Sem keek me aan.
‘Jongen thuis,’ legde ik uit. ‘Vroeg waar ik was, of ik al op weg naar huis was.’
‘Jouw vriend?’
Ik lachte. ‘Nee. Mooie jongen hoor, maar hij blijft volhouden hetero te zijn. Heeft wel getwijfeld, maar ik moet hem uit mijn hoofd zetten.’
‘Nou ja, misschien…’
‘Was het maar waar Sem,’ lachte ik.
‘Had je toch je trein moeten halen.’
‘Nee, dit is belangrijker.’
Hij glimlachte, verlegen.
‘Maar die grappen zijn geweest,’ herpakte ik het gesprek. ‘Daar heb je bij ons geen last van.’
‘Het waren niet alleen grappen.’
‘Wat is er gebeurd? Als je het wil vertellen hoor.’
‘Die jongen kwam later naar me toe, hij had er spijt van, dat het allemaal zo gelopen was. Het was vlak bij het winkelcentrum, hij kocht wat te drinken voor me. We zaten samen te praten. Zei dat hij me eigenlijk ook wel leuk vond. Ik blij natuurlijk…’ Hij slikte. ‘Ineens waren ze allemaal om me heen. Ik had ze niet aan zien komen. Hij had me erin geluisd, lachte me uit.’
Ik keek naar Sem, hij keek triest.
‘Dom van mij. Ik trap er gewoon in.’
Ik sloeg mijn arm om hem heen. ‘Sem, hou op. Zij zitten fout, jij niet.’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Daarna werd het alleen maar erger. Ik vertrouw sindsdien niemand meer.’
‘Ik begin het allemaal te snappen, waarom je zo deed toen ik je bij de groep wilde trekken.’
‘Ik wist echt niet waarom je dat deed. Moest vast iets raars achter zitten. Waarom deed je dat eigenlijk?’
Ik zag Jordy weer voor me en zuchtte. ‘Heel verhaal. Jongen op die andere school overkwam hetzelfde. Ik zag het gebeuren. Daarna ontdekte ze het bij toeval van mij. Was niet leuk. Ik weet wat het is.’
‘Jij bent zo populair als wat,’ zei hij verbaasd.
‘Nou…’ Ik lachte. ‘Dat is ook gewoon de sfeer in onze klas Sem. Daar was ik dat absoluut niet. Ik ben niet voor niets terug op deze school.’
‘Gelukkig.’
‘Ja, zeker weten.’
Ik keek naar de volgende trein. Ik was nog niet klaar. Ik keek er naar, hoorde het fluitje.
‘Volgens mij ga ik die missen als ik niet opschiet,’ zei ik terwijl ik bleef zitten. De deuren gingen dicht, ik keek hoe hij weg reed, keek hem na.
‘Ah, shit,’ grinnikte ik. Ik keek naar Sem. ‘Net gemist zeg. Jammer.’
Sem lachte.
‘Hoe ben jij hier terecht gekomen?’
‘Ik heb thuis alles verteld. Dat ik weg wilde.’
‘Heb je ze ook verteld waarom? Waarom ze je zo te pakken namen?’
‘Ja.’
‘En hoe reageerden ze?’
‘Goed. Echt. Het maakte hen alleen nog maar kwader. Het was snel geregeld deze nieuwe school. Weten jouw ouders het?’
Ik lachte. ‘Ja. Ik heb een tijd een vriend gehad, die kwam ook bij ons thuis.’
‘Gaaf.’
‘Zeker. Ben er ook erg blij om. Ze steunden me ook toen ik zei dat ik terug wilde naar deze school.’ Ik schudde mijn hoofd. ‘Ik werd gek daar. Het doet gekke dingen met je.’
Hij knikte. ‘Ik vertrouw nog steeds niemand.’
Ik grijnsde. ‘Ik heb je toch mooi meegekregen naar de stad vanmiddag.’
Hij lachte weer. ‘Was leuk.’
‘Mooi zo,’ zei ik.
‘Dit vertel je toch niet aan de rest hè?’
‘Tuurlijk niet, gek. Zelfs Daphne niet. Dit blijft tussen ons.’
Mijn trein stond er al weer. Het werd snel drukker.
‘Ik moet zo instappen,’ zei ik.
‘Ja, is goed.’
Ik stond op. ‘Mag ik jouw nummer?’
Hij dacht na.
‘Als je wil hoor.’ Ik glimlachte. ‘Als je me vertrouwt.’
Hij keek betrapt, gaf me daarna zijn nummer. Ik belde hem kort, knikte naar zijn broekzak waar zijn telefoon één keer was overgegaan.
‘Da’s mijn nummer.’
Hij glimlachte.
‘Fijn weekend, Sem.’
‘Jij ook.’
Ik gaf hem een korte knuffel.
‘Zie je maandag.’
‘Ja.’
Ik stapte in, bleef even staan. Het fluitje ging, ik stak mijn hand op.
Sem keek me aan. ‘Duco?’
‘Ja?’
‘Bedankt.’
We grijnsden allebei toen de deuren dicht gingen.
Ik was tevreden. Ik had het niet verwacht, dat hij mee zou gaan. Hij had het leuk gevonden. Dit kon eindelijk een doorbaak zijn om hem uit zijn isolement te halen. Ik keek op mijn telefoon.
“Ben je al thuis?” las ik.
“Zit in net de trein, Daf,” typte ik terug.
Ze belde me. ‘Net? Waar ben je dan al die tijd geweest?’
‘Station.’
‘Met Sem?’
‘Uhu.’
‘Gaaf. Gezoend?’
Ik lachte. ‘Nee, gek. Gepraat. Flink ook. Over zijn vorige school en zo.’
‘Viel het jou ook op dat hij bijna wit wegtrok toen ze jou uitscholden voor homo?’
‘Ja, hebben we het ook nog over gehad.’
‘Volgens mij is hij daar ook mee gepest. Dat is volgens mij het eerste scheldwoord waar ze iemand mee pakken.’
‘Yep.’
‘Maar, hoe vond hij het?’
‘Hij vond het leuk, gezellig.’
‘Gaat hij volgende week weer mee?’
‘Ik denk het wel. Ik hoop het.’
‘Mooi.’
‘Daphne?’
‘Ja?’
‘Abel heeft me weer een berichtje gestuurd. Of ik al onderweg was naar huis.’
‘Duuk, die gast is gewoon homo hoor.’
‘Doe normaal.’
‘Hij vertelt je dat hij twijfelde, en hij gaat weer vragen waar je bent. Kom op, dat kan maar één ding betekenen.’
‘Je zegt het goed, twijfelde. Verleden tijd. Vergeet het.’
‘Ik geloof het niet.’
‘Oké, ik geef toe, ik zat er ook al aan te denken.’
Ik hoorde haar glimlachen. ‘Ik wist het wel. Pak ‘m Duuk.’
‘Ja, doei. Ik weet niet of ik daar wel zin in heb.’
‘Zelf weten. Maar gaaf dat Sem het leuk vond.’
‘Zeker weten. Hij was vrolijk zelfs.’
‘Ik zag hem schrikken. Ik heb het maar zo gedaan tegen je dat hij kon horen dat je het was en dat het allemaal maar een grap was.’
‘Hij vroeg het me nog wel, of het waar was, en of de rest het prima vond.’
‘Zou hij misschien zelf…?’
‘Daf, hou op. Jij ziet overal homo’s in.’
Ze lachte. ‘Ik hou mijn mond al. Ik spreek je morgen nog wel even.’
‘Is goed,’ lachte ik.
Ik dacht na. Sem homo. Ik had het niet verwacht. Nee, dat ging ik Daphne niet vertellen, dat had ik beloofd. Maar Sem homo. Het verraste me. Daar ging mijn radar. Die werkte nog steeds niet fatsoenlijk.
Wat wou Abel nou van mij? Hij wachtte me op, reageerde daarna weer lauw op berichtjes van mij, en nu vroeg hij me weer of ik al op weg naar huis was. Tegen beter weten in misschien, maar dit kon ik niet laten liggen. Snel een berichtje, nietszeggend. “Eindelijk de trein naar huis.” Het duurde even voor ik iets terug kreeg. “Mooi. Weekend!” Lekker lauw weer. Ik schudde mijn hoofd, kon niet ontkennen dat ik teleurgesteld was. Ik typte weer, dan ging het maar kapot. “Morgen wat te doen?” Het bleef stil. Ik hield het in de gaten, zag dat hij het gelezen had. Maar een reactie kwam er niet. Dan niet. Jammer. Ik stopte mijn telefoon weg, staarde naar buiten. Abel zat me dwars. Speelde hij nou met me? Ik kreeg steeds meer het idee dat Daphne gelijk had: die gast was gewoon homo. Niks twijfel. Mijn telefoon trilde. Ik was snel, keek meteen. “Wat wou je gaan doen?” Ik glimlachte. Seks. Gruwelijk zoenen met je. Ik heb zin om je te… “Gamen morgen?” typte ik.
De afspraak stond, en ik was nerveus. Hij stond op tijd voor mijn deur, ik liet hem binnen en nam hem meteen mee naar mijn kamer, met een fles en twee glazen. Doortrapte ik had een stapel kleren op mijn stoel laten liggen, hij ging als vanzelf op mijn bed zitten. Mooi. Ik keek kort, had hem het liefst achterover gegooid. Mooie jongen.
‘Hoe gaat ie?’ vroeg ik toen ik hem glas gaf.
‘Goed?’
‘En op school?’ Ik ging naast hem zitten.
Hij haalde zijn schouders op. ‘Zijn gangetje.’
‘Hoe is het met Hans?’
‘Hetzelfde.’ Hij lachte. ‘Hans verandert nooit.’
‘Nee,’ grinnikte ik, ‘dat zou wel raar zijn ja.’
‘Hoe is het met jou?’
‘Goed. Gisteren de stad in met de klas, doen we eigenlijk elke vrijdag. Was leuk.’
Abel glimlachte.
‘Nieuwe jongen in de klas, die hebben we meegenomen, beetje ontdooien.’
‘Cool.’
‘Ja, ik zat met hem te praten toen je begon te appen gister. Hij kwam uit de kast zelfs.’
‘Echt? Gaaf. Bij de hele klas?’
‘Nee, bij mij.’
Abel glimlachte.
‘Wat lach je?’
‘Gaat wat worden?’
Ik schudde mijn hoofd. ‘Denk het niet.’
‘Jammer?’
‘Mwoh.’ Ik keek hem aan, ‘ik heb nog lang na zitten denken hoe het nu met jou zat.’
‘Hoe bedoel je?’
‘Jouw twijfel.’
Hij lachte. ‘O, dat…’
‘Vertel.’
‘Nah, iedereen denkt daar toch wel eens over na?’
‘Nee?’
‘Tuurlijk wel.’
‘En waarom de conclusie dat je het niet bent? Omdat het onleefbaar is op die school?’
Het bleef net iets te lang stil. ‘Dat heeft er niets mee te maken.’
Ik moest gas terugnemen, hij zei het fel. Hij had zijn schoenen uitgetrapt, zat met één been opgetrokken en nam een slok.
‘Bij mij twijfelde je toch weer.’
‘Even. Maar dat kwam omdat je stond te kijken.’
‘Jij ook.’
Hij glimlachte ongemakkelijk.
‘Het was ook lastig niet te kijken,’ zei ik. ‘Het zag er goed uit.’
Hij grijnsde. ‘Dank je.’
Ik had het warm. Ik wilde hem. Lust. Mijn knie tikte tegen zijn been, hij trok meteen terug.
‘Hans had het een keer over een meisje? Wie was dat?’
Hij lachte. ‘Ken je niet. Zit niet bij ons op school.’
‘Maar?’
‘Vergeet het, tijdje geleden alweer.’
‘Maar?’
‘Ze is leuk. Mooi.’
‘Toch een beetje bi?’ treiterde ik.
‘Duco, nee. Het was een twijfel, meer niet. I’m straight.’
‘Jij zegt het.’
Ik baalde. Zoals hij daar zat…. Ik stond op, pakte de fles.
‘Jij nog?’
Hij knikte.
‘Zou jij? Met mij?’ Hij vroeg het onderzoekend.
Ik ging weer zitten, iets dichterbij. ‘Zeker. Meteen,’ grijnsde ik.
Hij keek ongemakkelijk.
‘Laat John het maar niet horen,’ grinnikte ik.
Abel lachte. ‘Nee.’ Daarna keek hij meteen weer serieus. ‘Je had nooit weg moeten gaan.’
‘En dan? Waarom?’
‘Jij had schijt aan alles.’
‘Ja, geweldig, daarom zit ik er ook nog, bij jullie,’ zei ik spottend.
‘Je weet best wat ik bedoel. Jij gaf tegengas aan John.’
‘En zie me hier nou eens zitten.’
‘De meesten vonden dat gaaf, Duco. Ook Hans kon er om lachen.’
Ik werd kwaad. ‘Ik stond alleen. Niemand deed iets. Nie-mand. Jullie hadden me alleen maar gelijk hoeven te geven. Lachen om mijn opmerkingen tegen hem. Niemand, Abel. Zelfs jij niet. Sorry hoor, maar jullie hebben zelf allemaal die sfeer zo gemaakt. John maakt de dienst uit. Terwijl hij misschien maar drie echte medestanders heeft. Godverdomme man, jullie schoppen hem zo buiten. Echt. Ik heb mijn bek opengetrokken, aangesproken toen hij over Jordy zijn geschoren pik begon.’
‘Ja, die was briljant,’ lachte Abel.
‘En daarna? Ik ben de confrontatie aangegaan toen hij me ontdekt had op facebook. Niemand. Zwijgen en voor jullie uitkijken, dat deden jullie. Hoeveel voorzetten moest ik nog geven?’
Abel zweeg.
‘Jullie hadden het zo in kunnen koppen, als jullie echt zo’n hekel aan hem hebben.’
Ik keek hem aan, nam een slok.
‘Hoe is het verder eigenlijk afgelopen met John, nadat hij op het matje moest komen?’
‘Dikke waarschuwing, heb ik begrepen.’
‘Meer niet?’
‘Nee. Hij heeft zich er mooi uitgeluld volgens mij. Ze hebben ook geen bewijs.’
Ik schudde alleen maar mijn hoofd. Abel rekte zich uit. Damn, die bult in zijn broek…
‘Dus gaat hij gewoon door.’
‘Sluit hem buiten,’ zei ik.
‘Huh?’
‘Weet ik veel. Betrek hem niet overal meer bij. Start een chatgroep zonder hem, net zoals bij mij toen.’
‘Misschien.’
‘Waarom zocht je weer contact met mij eigenlijk?’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Ik wilde weten hoe het met je ging. Ik baalde hoe het gelopen was, dat je wegging.’
‘Je was de enige.’
‘Dat is niet waar. Vindt Hans ook, en een hoop anderen.’
‘Ik snap jullie niet. Dat jullie je zo laten…’ Ik dacht na. ‘…onderdrukken door die gek.’
Abel zweeg.
‘Laat maar. Jullie keus.’
‘Ja.’
Het was even stil, ieder zijn eigen gedachten. Ik keek even op mijn telefoon, glimlachte om een berichtje van Daphne.
‘Die ene jongen?’ vroeg Abel.
Ik lachte. ‘Nee.’
‘Vertel, waarom zou het niets worden?’
‘Jaloers?’ vroeg ik uitdagend.
Drie tellen stilte.
‘Nee,’ zei hij toen.
‘Jammer.’
Hij keek me verbaasd aan.
‘Oké, ik zeg het je nu. Je bent leuk, mooi.’ Ik kreek even naar zijn broek. ‘Mooie pik ook. Ik zag dat je keek naar me, in die kleedkamer. En dan vertelde je me ook nog dat je getwijfeld hebt. Ik mag toch wel stiekem hopen dat je je toch bedenkt?’
‘Jawel.’ Hij zat nu rechtop. ‘Maar dat doe ik niet. Echt niet.’
Een half uur later was hij weg. Hij zou me op de hoogte houden van hoe het op school ging. Of er toch eens iets tegen John ondernomen zou worden. Toen ik de voordeur dicht deed wist ik het door alles, zijn houding, zijn manier van weggaan: die ging ik niet snel weer zien. Te ongemakkelijk. Ik ging terug naar mijn kamer, ging op bed liggen, rook hem op de plek waar hij gezeten had. Ik was hard, in een paar tellen.
‘Daphne, mijn bed ruikt lekker,’ klaagde ik.
Ze lachte hard, schaterde in mijn oor. Ik hield mijn telefoon iets verder weg.
‘Maar niets gebeurd?’
‘Nee, dik gesprek gehad, dat wel. Maar hij blijft zeggen dat het maar een twijfelfase was, en dat hij echt straight is.’
‘Hij weet niet wat hij mist. Zeg hem dan dat je hem wil.’
‘Dat heb ik. Maar dan nog blijft hij hetero.’
Ik lachte zelf om hoe stom dat klonk. Daphne lachte mee.
‘Dan moet je hem loslaten, Duuk.’
‘Ik ga mijn best doen,’ klaagde ik.
Ik zag haar maandag weer. Sem liep ons voorbij. Schuchtere blik naar ons, naar mij.
‘Hé Sem,’ riep Khalid. ‘Was gezellig vrijdag.’
Sem glimlachte zijn ondertussen bekende verlegen glimlach en liep door. Hij keek nerveus. Wat was dit toch? Ik liet hem maar even gaan, zag hem al in het lokaal zitten toen wij binnen kwamen. Iedereen zei hallo tegen hem, hij glimlachte terug. Weer helemaal de oude Sem, alsof er niets veranderd was. Misschien was hij wel gewoon zo, moesten we daar maar aan wennen. Daphne keek me veelbetekenend aan, ik haalde vragend mijn schouders op. Ik wist het ook niet. Owen keek naar mij, Khalid ook. Sem bladerde in zijn boek totdat de les begon.
Daar wilde ik in de pauze meer van weten. Khalid kwam ook meteen naar me toe.
‘Wat is er met Sem? Ik dacht dat hij het wel leuk vond vrijdag.’
‘Ik heb daarna nog een hele tijd met hem zitten praten. Laat mij maar even.’
Owen keek me aan, knikte. Ik liep naar buiten, zag hem zitten, zijn eigen plek. Ik ging naast hem zitten.
‘Hey,’ zei ik. ‘Alles goed?’
Hij schokte even met zijn schouders.
‘Sem, wat is er?’
‘Niets, laat maar.’
‘Nee. Ik heb een leuke vrijdagmiddag gehad, goed met je gepraat… Er is iets.’
Hij keek me aan, strakke blik.
‘Sem?’
‘Het ligt aan mij.’
‘Wat?’
‘Ik ben raar.’
‘Eh, ja?’ Ik grinnikte. ‘Tenminste, ik snap het even niet.’
‘Nadat jij weg was… Ik weet niet. Ik geloofde het allemaal niet. Dacht ik weer dat je dat allemaal alleen maar had gezegd om mij uit mijn tent te lokken om toe te geven dat ik homo was. Dat dat allemaal de hele opzet van jullie was. Die grap in de stad, jij daarna op mij inpraten… Ik was bang om naar school te gaan vanmorgen.’
‘Jezus Sem…’
Hij zuchtte, zijn adem trilde. Ik keek hem aan, zag zijn ogen rood worden. Ik sloeg een arm om hem heen.
‘Sem? Heeft er iemand al een grap gemaakt vandaag tegen je?’
‘Nee.’
‘Dus?’
Weer dat schouderophalen.
‘Sem, laat ik je dit zeggen. Daphne heeft me nog gebeld, toen ik in de trein zat. Ze maakte zich zorgen, had jou zien schrikken toen die grap gemaakt werd. Haar conclusie? Dat je daar mee gepest werd. Ze dacht dat je zelf ook homo was.’
Sem keek me verschrikt aan.
‘Ik heb haar alleen maar uitgelachen. Vond ze ook wel gek van zichzelf. Dat betekende niets, “Homo” is altijd het eerste scheldwoord als ze iemand pesten. Ze heeft het echt niet door van je, geloof me.’
Hij keek iets geruster.
‘Je hebt haar prima voor de gek gehouden. Respect, Daphne heeft altijd alles door. Dus dat is best knap van je.’ Ik lachte. ‘Mij lukt dat nooit bij haar.’
Hij glimlachte weer.
‘Geloof je me, Sem?’
‘Jawel.’
‘Mooi.’
‘Ik baal van mezelf. Dat ik daar toch weer over zit te piekeren.’
‘Sem, hou op. Dat is niet raar. Je hebt jaren zo geleefd, dat is er niet in een dag of een week uit.’
‘Nee…’
‘Daarom, Dus je bent niet raar. Maar geef je ons een kans om te bewijzen dat het anders kan?’
Hij glimlachte een beetje.
‘Kom,’ zei ik, ‘de les begint weer.’
In de middagpauze liet ik hem niet gaan. Ik nam hem mee toen we het lokaal uit liepen. Mee naar de rest. Buiten zitten, hij naast me. Voorzichtig, maar hij vertrouwde me. Daphne zat aan de andere kant van mij. Ik was stil, baalde daar een beetje van.
‘Duuk is een beetje stil vandaag,’ zei Daphne voor zich uit.
Owen lachte, ik grijnsde maar mee.
‘Lang op bed gelegen,’ zei ik.
‘Kan ik me voorstellen,’ grinnikte ze.
‘Hou op.’
Ze sloeg een arm om me heen. ‘Duuk heeft beetje liefdesverdriet hè?’
‘Schei uit,’ lachte ik.
Ik zag Sem kijken. Ik hing met mijn rug half tegen Daphne aan, keek naar hem, lachte. We zaten met mijn vieren.
‘Duco?’ vroeg Owen.
‘Ja,’ zei Daphne, ‘Duukje.’
Ik schudde mijn hoofd, Sem glimlachte flauw.
‘Daphne, hou er over op,’ zei ik, ‘het is al erg genoeg.’
Nu keek Sem echt nieuwsgierig. Ik ging weer recht zitten, gaf Daphne een duw, wurmde me onder haar arm vandaan.
‘Je vindt wel iemand beters, die Abel weet niet wat hij mist.’
‘Nee,’ zei ik. ‘Hij doet zijn best maar.’
‘Abel?’ vroeg Owen.
‘Laat zitten,’ zei ik tegen hem. ‘Gaat niets worden.’
Ik keek opzij, en zag Sem nog steeds nadenken. Hij was stil, nog steeds niet helemaal op zijn gemak. Wist zich nog steeds geen houding te geven met dit losse sfeertje.
Met het sporten bleef hij bij me in de buurt. Buiten sporten, verspringen, speerwerpen, dat soort dingen. Ik was nergens goed in, maar het was leuk om te doen. Hij zocht me op in de kleedkamer, bij de douches de hoek in. Ik ging naast hem staan. Daar verraste hij me. Hij liet me kijken. Keek zelf. Waste zich, balorig. Uitdagend bijna. Ik kreeg het warm, en dat moest hij kunnen zien. Oké, ik bij hem ook. Dit was raar, en dat besefte hij ook. Ik pakte mijn handdoek, droogde me snel af en trok mijn kleren aan. Gehaast bijna.
Sem wachtte op me na de lessen. Ik sprong bij hem achterop, miste net mijn trein. Niet erg, Sem bood aan met me te wachten.
‘Wie is die Abel?’ vroeg hij voorzichtig. ‘Is dat die jongen die vrijdag belde?’
‘Ja. Jongen bij mij op die andere school.’
‘De knappe jongen.’
‘Behoorlijk,’ zuchtte ik.
Sem keek nieuwsgierig. Ik lachte, pakte mijn telefoon. Ik bladerde door mijn fotomapje, tikte hem aan en liet de foto aan Sem zien.
‘Ja, ik snap het,’ zei hij balorig.
‘Dank je.’
Hij lachte.
‘Maar dat is dus wanhopig, want hij is niet gay.’
‘Jammer?’
‘Weet je? Het kutte is, hij vertelde me dat hij een tijdje getwijfeld heeft, en even opnieuw toen ik in die klas kwam.’
‘Maar?’
‘Maar hij zegt dat hij straight is. Maar je blijft toch stiekem hopen.’
Sem glimlachte.
‘Hij is zo lekker…,’ klaagde ik. ‘Maar ik ben klaar met die gast. Dat dringt steeds meer tot me door. Hoe hij is, mij heeft laten vallen toen ik hem echt nodig had daar… Pas toen alles veilig voor hem was ging hij ineens vragen hoe het met me gaat. Hij zoekt het maar uit, hoe mooi hij ook is.’
Ik keek Sem aan en lachte. Mijn trein stond er al een tijdje. Het werd tijd om in te stappen.
‘Ik moet gaan,’ zei ik.
‘Ja.’
Ik stond op, liep met hem naar de deur.
‘Tot morgen,’ zei hij.
‘Zie je morgen. En je weet het, niet doorlopen, bij ons komen staan.’
Hij glimlachte betrapt. Ik stapte in, bleef staan.
‘Sem?’
‘Ja?’
‘Bedankt. Was leuk eindelijk eens te praten met iemand die begrijpt hoe kut het is als een mooie jongen hetero is.’
Ik grijnsde.
Sem glunderde.
© 2015 Oliver Kjelsson