Terence (deel 11)

Maarten’s vrouw was er niet bij.
‘Waar is Erica?’ vroeg Esther.
‘Bij haar ouders in Limburg. Die had ze nog niet gezien.’
Ze keken elkaar veelbetekenend aan.
‘Kom,’ zei Maarten, nadat hij zich had voorgesteld aan Terence en Yannick, ‘we gaan.’
Met drie auto’s reden we achter elkaar aan. Halverwege keek ik naar achteren en zag dat ze allebei sliepen. Ik grijnsde. Laat maar drijven. Vlak voor we er waren werden ze wakker.
‘Zijn we er bijna?’ hoorde ik achter me.
‘Minuutje of tien,’ zei Luc.
We parkeerden, haalden de kofferbak leeg en liepen de duinen over. Luc liep naast me, haakte zijn vinger achter die van mij. Terence en Yannick liepen voor ons. Kleine afstand, die ze maar met moeite volhielden. Ik glimlachte. Ik hoopte voor ze dat ze nog een beetje zouden ontdooien. We installeerden ons op een rustige plek, het was niet druk. Erik trapte de bal een eind weg.
‘Rennen jongens, extra training.’
Ze lachten en renden er achter aan. Een eind verder vochten ze om de bal, Luc en Erik gingen zich er mee bemoeien. Maarten zat, staarde wat voor zich uit. Esther keek en aaide even over zijn rug. Marieke zei niets. Ik had er genoeg van.
‘Kom,’ sloeg ik tegen zijn schouder, ‘we gaan een eindje lopen.’
‘Is goed,’ zei hij.
Samen liepen we een eindje weg.
‘Verrassing dat je hier bent,’ zei ik lachend.
Maarten glimlachte. ‘Ideetje van Esther weer, om niets te zeggen. Zoals altijd.’
‘Hoe lang blijf je?’
‘Drie weken. Daarna weer terug.’
Achter me hoorde ik Terence lachen. Ik keek even om en zag hem nog net vallen, met Luc achter hem aan.
‘Vertel op,’ zei ik ineens.
Hij zuchtte. ‘Waar moet ik beginnen?’
‘Bij het begin?’
Hij gaf een wrang lachje. ‘Je weet dat Erica heimwee heeft naar hier?’
Ik knikte.
‘Ze heeft hier werk gevonden.’
‘Mooi?’
‘Op zich wel, maar ik heb nog niets. Dus ik kan daar moeilijk weg. Het ziet er naar uit dat zij terugkomt en dat ik nog even daar blijf.’
‘Da’s kut.’
‘Behoorlijk. Ze wil dat ik mee kom, maar ik wil eerst een baan vinden hier.’
‘Gaat dat wel? Het zou wel toevallig zijn als jullie tegelijk hier werk zouden vinden.’
‘Is ook wel. Maar wat moet ik dan?’
‘Wil jij wel terug?’
Hij bleef even stil. ‘Kutvraag, Lau.’
Ik grijnsde.
‘Weet je, ik zou graag daar blijven. Maar zij mist Nederland zo erg. Ze is daar naar toe gegaan met de bedoeling er een jaar te blijven. Maar toen kwam ze mij tegen en is ze gebleven. Ze ging alles alleen steeds meer missen. Ze is er af en toe letterlijk ziek van, Lau. Echt waar. Dan is de keuze vrij makkelijk. Ik wil haar voor geen goud kwijt.’
Ik was er een beetje stil van.
‘Maar de spanningen lopen een beetje op af en toe,’ ging hij verder. ‘Ze had vandaag geen zin om mee te gaan, maar ik ben gewoon gegaan. “Die heb ik nou gemist”, heb ik gezegd.’
‘Dat viel verkeerd?’
Hij lachte schamper. ‘Beetje. Ze snapt het wel hoor, geeft me ook wel gelijk.’
We staarden voor ons uit.
‘Ze kan Marieke alleen niet goed hebben.’
Hij zei het voor zich uit, zuchtte. Ik keek opzij.
‘Ik had nooit moeten vertellen dat ze een ex van mij was.’
‘Dat was vanzelf een keer uitgekomen,’ lachte ik. ‘Maar ze heeft Ed toch? Ik zie het probleem niet.’
‘Marieke ook niet. Niemand. Maar zij wel.’
Maarten keek een keer om en bleef stilstaan. Ik stond naast hem, keek naar de rest, die in de verte aan het voetballen waren.
‘Het zal wel wennen, ze zal haar tijd wel nodig hebben. Komt wel goed,’ zei hij. ‘Teruggaan?’
Ik knikte.
‘Leuke jongens heb je,’ zei hij ineens.
Ik glimlachte trots.
‘Leuk vriendje heeft hij ook.’
‘Esther heeft je al helemaal ingelicht, hoor ik?’
Hij lachte. ‘Uiteraard. Maar anders had ik het ook wel aan ze gezien hoor. Ze doen me denken aan jou en Luc. Net zo trots op elkaar.’
Het gaf me een warme gloed van binnen. Ik glimlachte.
‘Balletje mee trappen?’ vroeg hij met een knik naar de rest.
‘Je doet je best maar,’ lachte ik.
Het was ongelijk. Erik, Luc en Ed speelden tegen Terence en Yannick.
‘Ja, mooi,’ hoorde ik Terence roepen. ‘Maarten speelt met ons mee.’
‘Goed idee,’ lachte Maarten, ‘de jongeren tegen de oudjes.’
‘Bwoh,’ riep Erik spottend. ‘Onze jonge god.’
Ik plofte naast Esther en Marieke in het zand.
‘Heeft ie zijn hart een beetje kunnen luchten?’ vroeg Esther.
‘Beetje.’
Marieke schudde haar hoofd. ‘Hij moet eens niet zo eigenwijs doen.’
‘Misschien,’ zei ik voorzichtig.
‘Zij heeft eindelijk een baan, en dat is moeilijker voor haar dan voor hem. Als hij hier naar toe komt heeft hij zo wat gevonden. Maar ik geloof niet dat hij zo heel erg aan het zoeken is.’
Esther lachte. ‘Kon je wel eens gelijk in hebben.’
‘Hij moet gewoon kiezen, of daar blijven, of bij haar. Simpel.’
Ik zei maar even niets. Ik vroeg mezelf af of er niet veel meer meespeelde. Marieke stond op en ging mee voetballen.
‘Ik ga Terence eens laten zien dat het nu weekend is,’ zei ze, ‘dat ik ook gezellig kan zijn.’
Ik lachte. Even keek ze nog om met een grijns en rende daarna richting de rest. Erik kwam terug, ze nam zijn plaats in. Meteen keek ze strijdbaar naar Terence. Ik kon niet horen wat ze zei, maar Terence grijnsde spottend. Ze voetbalden verder, Marieke bleef Terence opzoeken. Hij kon er wel om lachen. Langzaam begonnen ze elkaar uit te dagen. Marieke was niet flauw, ze had Terence al snel een keer in het zand liggen, tot grote hilariteit van Yannick. Terence kreeg door dat hij niet voorzichtig hoefde te doen. De sfeer werd losser tussen die twee, op een erg vrolijke manier.
‘Mooi stel,’ zei Erik.
‘Je had hun gezicht moeten zien gisteren.’
‘Hoezo?’
‘We stelden voor dat ze mee zouden gaan vandaag, en dat Yannick wel kon blijven slapen omdat we op tijd zouden vertrekken.’
‘Hebben ze wel geslapen?’
Ik lachte. ‘Geen idee. Ze zagen er redelijk wakker uit vanmorgen.’
‘Met een ontbijtje,’ zei Esther.
‘Volgens mij wilden ze ons een beetje bedanken.’
‘Het is goed dat jullie ze die openheid geven.’
‘Wat moeten we anders. Ik weet ook nog dat ik daar vroeger thuis heel blij mee was.’
We keken naar het voetballen en lachten. Marieke rende er met de bal vandoor en werd klem gelopen door Terence en Yannick. Ed stond goedkeurend te kijken.
‘Tegen de grond ermee,’ lachte hij, ‘thuis krijg ik dat niet voor elkaar!’
Luc lachte en kwam haar te hulp. Binnen een paar tellen zat Yannick klem tussen hem en Marieke in. Luc gaf een ruk aan zijn arm waardoor hij zijn evenwicht verloor. Triomfantelijk uitlachend liep Luc door. Hij hijgde, zag ik. Hij en Ed kwamen naar ons toegelopen. Marieke volgde.
‘Ze zijn uitgespeeld,’ zei Esther tegen Erik. ‘Trek de wijn maar open.’
Ze ploften naast ons neer, Marieke zat behoorlijk onder het zand. Er werd besloten wie terug zou rijden en de fles ging rond. Achter me waren Terence en Yannick nog aan het voetballen. Marleen was met een emmertje al een hele tijd bezig om zand te verplaatsen. Voor haar was het waarschijnlijk een heel kasteel, voor mij een aardige berg zand. Ik pakte wat stokbrood en nam nog een slok wijn. Luc zat naast me, kneep even in mijn been.
‘Mama,’ riep Marleen ineens en wees achter me. Ze lachte. ‘Terrens en Janniek geven elkaar een kusje!’
De hele groep draaide tegelijk het hoofd naar de twee. We zagen nog net dat ze elkaar weer loslieten. Ze keken onze kant op en hadden door dat we zaten te kijken. Ze lachten, balorig.

Ik zag het zelf al als een overwinning, dus zij moesten zich helemaal euforisch voelen. Luc keek naar me en knipoogde lachend. Ze kwamen naar ons toegelopen en ploften tussen mij en Esther in het zand.
‘Daar moet op gedronken worden,’ zei Erik en gaf de wijnfles aan Terence.
Die nam een slok en gaf de fles meteen door. Yannick trok een vies gezicht toen hij doorslikte waarop iedereen lachte. Yannick reageerde beledigd, vooral omdat Terence hem ook uit at te lachen.
‘Geeft niks,’ zei Esther naast hem.
‘Watje,’ spotte Terence lachend.
Maarten’s telefoon ging af. Hij keek naar het schermpje en liep een stukje van ons weg. Terence en Yannick zaten elkaar uit te dagen. Het ging over in stoeien waarbij Terence ineens opstond en wegrende. Yannick ging er lachend achteraan.
‘Mooie stel jongens,’ zuchtte Esther.
‘Ik wou dat ik weer zo jong was,’ zei Luc flauw glimlachend voor zich uit.
Maarten kwam er weer bij staan, zijn telefoon in zijn hand.
‘Hoe lang blijven we nog hier?’ vroeg hij.
‘Lang genoeg, denk ik,’ zei Erik, ‘hoezo?’
‘Erica is onderweg naar hier. Ze is vlakbij. Ze wil weten waar we precies zitten.’
‘Daar wachten we gewoon op,’ zei Marieke.
Maarten liep een eindje weg en legde uit waar we zaten. Terence lag ondertussen op zijn rug, Yannick zat boven op hem. Ze lachten. Yannick begon Terence onder te graven, wat niet helemaal lukte. Marleen stond er bij te kijken en lachte.
‘Kom je me helpen?’ vroeg Yannick. ‘Pak je emmertje maar.’
Marleen ging het halen en schepte het vol. Ze draaide het boven Terence om waarbij de helft van het zand in zijn gezicht kwam. Hij proestte. Hij wurmde zich omhoog, veegde het zand uit zijn gezicht. Erik keek en schudde lachend zijn hoofd. Yannick veegde nog wat zand uit het gezicht van Terence. Lachend, maar liefdevol. Toen Terence weer een beetje normaal zag werd hij meteen weer tegen de grond gedrukt. Marleen had haar volgende emmertje al weer klaar.
‘Niet in zijn gezicht,’ riep Erik.
Yannick lachte.
‘We gaan eens helpen,’ zei Erik tegen Luc, ‘dit schiet niet op.’
‘Da’s niet eerlijk,’ riep Terence lachend, maar bleef gewoon liggen.
Maarten staarde wat voor zich uit toen hij weer bij ons kwam zitten. Hij keek vrolijk.
‘Leuk dat ze komt,’ zei Marieke.
‘Ze wil jullie weer eens zien,’ zei hij glimlachend.
Esther aaide een keer over zijn rug. Maarten en Marieke keken elkaar even betekenisvol aan.
‘Misschien als ze me nu met Ed ziet, dat ze het eindelijk doorkrijgt,’ knipoogde ze.
Ze hing met haar rug tegen Ed aan en kreeg een kus in haar nek van hem.
‘Vast wel,’ zei Maarten.
Terence lag vast. Hij kon geen kant meer op. Luc en Erik zaten op hun knieën naast hem, en sloegen met hun hand de berg zand wat vaster aan. Alleen het hoofd van Terence was nog te zien. Yannick zat achter hem en schoof wat zand achter zijn hoofd, als steuntje. Marleen lachte en gooide nog een emmertje zand op hem. Lieke vond het allemaal reuze interessant en speelde mee, met kleine handjes zand. Luc en Erik stonden op.
‘Zo,’ zei Luc. ‘Succes Terence. We roepen wel als we naar huis gaan.’
Terence lachte protesterend. Marleen en Lieke speelden samen verder, de berg was klaar, de lol was er weer vanaf. Yannick ging op de berg zand liggen, op zijn buik, zijn hoofd op de borst van Terence, zijn kin op zijn twee handen. Hij keek lachend naar Terence, schuin omhoog. Verliefde blik, spottend ook. Terence keek alleen maar terug, net zo verliefd. Ik bleef er naar kijken, kon het niet loslaten. Ze zeiden wat tegen elkaar wat ik niet kon horen. Yannick zette zijn handen naast Terence neer, drukte zich op en boog voorover. Hij drukte zijn lippen op die van Terence en hield ze er op vast. Allebei de ogen dicht, daarna weer open. Met hun gesloten lippen op elkaar staarden ze elkaar in de ogen. Ik voelde me week worden en keek naar Luc. Die staarde naar de twee jongens, met misschien nog wel een verliefdere blik dan zijzelf. Hij knipperde met zijn ogen en keek naar mij. Glimlach. Net zo week in zijn maag als ik.

Erica moest erg dicht in de buurt zijn geweest, want niet lang daarna kwam ze aan lopen. Ze gaf Maarten en kus en ons allemaal een hand. De laatste keer dat ze ons gezien had was bij hun huwelijk, in Australië. Ed zag ze voor het eerst. Die was er toen niet bij.
‘Hoe was het?’ vroeg Maarten.
Ze haalde haar schouders op. ‘Blij wel, op zich. Vooral ma. Maar mijn vader kon het toch niet laten te zeggen dat hij het een zwaktebod vond van me, dat ik alles daar achterliet omdat ik het hier mis. Volgens hem gooi ik veel kansen overboord, ik kan daar een veel betere carrière opbouwen.’
Maarten schudde zijn hoofd. ‘Hij moet zich er eens niet zoveel mee bemoeien.’
‘Heb ik hem ook gezegd.’ Ze keek even naar Marleen en Lieke. ‘Die zijn ook groter geworden,’ veranderde ze het onderwerp.
Esther glimlachte trots. ‘Af en toe gaat het wel eens te hard,’ zei ze.
‘En dat zijn de jongens van jullie,’ vroeg ze aan mij terwijl ze naar Terence en Yannick keek.
‘Eentje ervan, de ander is zijn vriendje.’
‘Vriendje?’ Ze keek verbaasd. ‘Leuk. Maarten had me er over verteld, maar van een vriendje wist ik dan weer niets.’
Ik lachte en keek even naar ze. Yannick lag nog steeds boven op hem, handen weer onder zijn kin, brede grijns op zijn gezicht. Bij de voeten van Terence begon het zand scheuren te vertonen. Ineens staken zijn voeten eruit en sloeg hij zijn benen om Yannick heen. Ze lachten. Zijn handen kwamen uit het zand. Hij sloeg zijn armen om hem heen en draaide zich op zijn zij. Ze kusten weer, zoenden verder. Kort daarna lieten ze elkaar los en stonden op. Terence klopte het zand van zich af, geholpen door Yannick. Ze keken naar ons en lachten. Marleen protesteerde dat Terence los gekomen was. Ik wenkte ze.
‘Even voorstellen,’ zei ik, wijzend naar Erica.
Terence gaf vrolijk een hand. ‘Ik ben Terence.’
Yannick volgde, iets meer verlegen.
‘Nog een slokje wijn?’ vroeg Erik pestend.
‘Nee, dank je,’ zei Yannick onder hard gelach van Terence.
Ze ploften weer tussen Esther en mij in. Terence straalde.

‘Het was een mooie dag,’ zei Luc toen hij ’s avonds in de bank ging zitten.
‘Ja,’ zei Terence.
Kort daarvoor hadden we Yannick thuis gebracht. Ze hadden elkaar even tegen de arm geslagen als afscheid. Ik voelde de frustratie. Dit was zo heel erg niet genoeg. De moeder van Yannick stond in de deuropening toen we voor zijn huis stopten dus was er geen mogelijkheid om zoenend afscheid te nemen. Wat eigenlijk de enige goede manier was na zo’n weekend. Hij was er een beetje stil van. Samen met Luc keek hij nog even naar de laatste wedstrijd op tv. Veel bijzonders was het niet, merkte ik aan ze.
‘Ik heb genoten van je vandaag,’ zei Luc ineens.
Terence keek verbaasd.
‘Ik meen het. Zo vrolijk en uitgelaten heb ik je nog nooit gezien.’
Verlegen blik terug.
‘Zo zou het altijd moeten zijn,’ zei Luc.
‘Ja,’ was het korte antwoord. Hij snapte wat Luc bedoelde. ‘Maar dat kan niet overal.’
Luc was even stil.
‘Je bent veranderd,’ ging hij even later verder, ‘en daar ben ik blij om. Als ik terug denk aan het begin, dat is een wereld van verschil.’
Terence keek een beetje raar terug, maar bouwde geen muur op.
‘Veel opener,’ zei Luc. ‘Als ik terug denk aan de eerste keer dat je meeging naar de voetbal en dat vergelijk met nu.’
‘Hier doen ze tenminste ook normaal.’
‘Was het daar zo erg?’
‘Sinds ik het die jongen vertelde wel. Ik durfde de kleedkamer niet meer in.’
‘Is daar ooit eens iets vervelends gebeurd?’ vroeg ik.
Hij haalde zijn schouders op. ‘Flauwe grappen. Dat ik stiekem naar ze zat te kijken en zo.’
‘Hebben ze je daar een keer op betrapt?’ vroeg Luc.
Terence werd weer stil, strak gezicht. Luc had goed gegokt.
‘Erger,’ zei Terence tegen de tv met een rood gezicht.
‘Nee,’ zei Luc grinnikend. Hij keek even opzij. ‘De angst van iedere voetballer. Ik was gelukkig altijd snel genoeg om mijn handdoek ervoor te houden,’ zei hij tegen mij.
‘Kon je hem weer eens niet in bedwang houden zoals gewoonlijk?’ grinnikte ik terug naar Luc.
Terence keek ons aan met een balorig gezicht. ‘Ik was te laat.’ Meteen daarna keek hij weer serieus. ‘Uitgerekend hij zag het. Binnen twee tellen wist iedereen het.’
Ik zag het strakke gezicht van Terence weer.
‘Als hij niet geweten had dat je verliefd op hem was, was het allemaal nog niet zo erg geweest waarschijnlijk.’
Terence haalde zijn schouders op.
‘Durfde je daarom eerst niet te douchen?’ vroeg Luc.
Terence knikte naar de tv. Hij geneerde zich toch nog een beetje.
‘Is een hele normale reactie hoor,’ zei Luc. ‘Als je snel genoeg bent met je handdoek tenminste.’
Terence glimlachte weer.
‘Zeker als er een mooie jongen tussen zit,’ zei Luc.
‘Pfft,’ zei Terence spottend, met een handgebaar alsof hij zichzelf afvroeg wat hij ooit in die jongen had gezien. ‘Yannick is toch veel mooier.’
Ik schoot in de lach, daarna hij gelukkig ook.

Het was een puinhoop geweest op mijn werk. Alles liep uit. Ik had Terence gebeld en gezegd dat ik pas laat thuis zou zijn.
‘Ik heb Luc ook al gebeld, die zorgt wel voor het eten, alles staat al klaar, gelukkig. Misschien zijn jullie een beetje later op de training.’
‘Hoe laat is Luc thuis dan?’
‘Normale tijd, hij zou zo snel mogelijk proberen thuis te zijn. Sorry.’
‘Dan begin ik toch vast. Kan Luc meteen eten als hij thuis komt. Hebben we tijd zat.’
‘Lukt dat?’
‘Tuurlijk. Zo moeilijk is dat toch niet?’
‘Het hoeft niet hoor, het is spaghetti, dat heeft Luc ook zo voor elkaar.’
‘Nee, lukt me wel. Ik weet wel hoe dat moet.’
‘Is goed. Dank je Terence.’
‘Werk ze nog. Tot vanavond.’
‘Tot straks jongen.’
Met een vrolijke “doei” hing hij op. Ik keek nog even naar mijn toestel en glimlachte. Wat een jongen. Ik werkte door, was blij toen ik eindelijk naar huis kon. Thuis lag er een briefje op tafel van Terence.

Wij zijn trainen. Er staat een bord in de koelkast. Hoef je alleen maar op te piepen.

Ik glimlachte. Luc had er nog wat onder geschreven.

Het was lekker! Tot straks. Kus!

Ik deed de koelkast open en zag het bord staan. Veel te veel, ik had op mijn werk al een broodje naar binnen gewerkt. Ik keek de keuken rond terwijl de magnetron stond te zoemen. Alles was opgeruimd. Ik vroeg me af of Terence of Luc dat gedaan had. Ik glimlachte en ging met het bord in de bank zitten, tv aan. Het smaakte inderdaad goed. Ik had net de vaatwasser aangezet toen ze binnen kwamen.
‘Hoi,’ zei Terence vrolijk.
‘Hey,’ zei ik en sloeg zachtjes op mijn buik. ‘Het was lekker.’
Hij glunderde en ging naar boven, douchen.
‘Sinds afgelopen zondag kan dat humeur van hem niet meer stuk geloof ik,’ zei ik terwijl ik Luc een kus gaf.
Hij lachte en kuste me terug. ‘Het stond helemaal klaar toen ik binnen kwam, tafel gedekt en al.’
‘Keuken helemaal opgeruimd zelfs.’
‘Ook hij. Ik heb wel geholpen hoor, met opruimen.’
Ik lachte uitdagend. ‘Moest je zeker van hem?’
Luc lachte en sloeg me tegen mijn bil.
‘Ik heb met school gepraat vandaag,’ zei hij ineens.
‘Hoe bedoel je?’
‘Vader van een van de jongens werkt op onze oude school. Waar Yannick nou ook op zit.’
‘Wat heb je gezegd?’
‘Hij begon over Terence, hij had van zijn zoon het een en ander gehoord. Hij was nieuwsgierig naar hoe het ging. Zijn zoon had veel over hem verteld thuis, dat het zo’n goede jongen was, ook in het team.’
Ik glimlachte. ‘En?’
‘Ik heb hem een beetje verteld over de problemen thuis, op school. En dat we wel eens hebben gepraat over een andere school. Gewoon, als nieuwe start. En gevraagd hoe ze daar met dat soort dingen omgingen.’
‘Wat zei hij?’
‘Hij vond dat zoiets heel goed kon werken. Dat de sfeer af en toe zo verknald kan zijn dat je dat nooit meer helemaal uit kon wissen. Hij had altijd wel zin in dat soort klantjes. Om, als de problemen een beetje voorbij waren, ze een nieuwe start te gunnen.’
‘Klinkt goed, Luc,’ kuste ik hem.
‘Ik had geloof ik meteen de goede te pakken. Hij neemt dat soort gevallen onder zijn hoede op deze school. We moesten maar eens komen praten.’
‘Afspraak gemaakt?’
Luc schudde zijn hoofd. ‘Ik heb beloofd dat we deze week zouden bellen om dat te doen.’
Ik sloeg mijn armen even om hem heen. Luc kneep met zijn armen om me heen terug en kuste me.
‘Die kans kunnen we niet laten liggen, Luc.’
‘Eerst maar eens kijken wat hij te zeggen heeft. En we zullen toch toestemming van Marieke moeten hebben en zijn moeder.’
Ik knikte.
‘Ik kan me voorstellen dat die het gevoel krijgt dat we hem definitief van haar losweken door hem hier op school te laten gaan. Het is toch een eindje bij hem thuis vandaan.’
Ik zuchtte. Zo had ik het nog niet bekeken.

Terence was weer eens stil. Zijn humeur was omgeslagen, in een dag tijd. We probeerden er wel achter te komen, maar hij liet niets los. Ik werd er licht gek van en Luc niet minder. Na het eten sloot hij zich meteen weer op. Hij bedankte voor het eten en wilde weer naar zijn kamer.
‘Terence,’ zei Luc toen hij bijna bij de deur was, ‘praat eens gewoon. Wij worden hier een beetje gek van.’
‘Er is niks,’ reageerde hij kortaf.
‘Terence…’ Luc schudde zijn hoofd. Hij dacht even na en haalde toen zijn schouders op. ‘Dan vertel je het niet. Zoek je het lekker zelf uit. Maar ik waarschuw je, als je alles alleen wilt oplossen dan ga je er aan onderdoor. Ik weet waar ik het over heb.’
Terence zweeg even en staarde naar de grond.
‘Ik heb het mijn psycholoog verteld,’ zei hij toen zacht.
‘Wat? Van Yannick?’ vroeg ik.
Hij knikte. ‘En van de voetbal en die jongen op school.’
Ik glimlachte begripvol. ‘Sterk van je. Echt.’
‘Volgens hem lag daar de oorzaak van alle problemen.’
‘Dat denken wij ook.’
‘Wat zei hij nog meer?’ vroeg Luc.
‘Dat als ik het van mezelf kon accepteren dat ik dan veel sterker zou staan en me er minder van aan zou trekken. Dat dan het pesten ook minder zou worden.’
‘Wat vind je zelf?’
‘Ik geloof er geen reet van. Die lul houdt nooit op.’
Ik grinnikte om de manier waarop hij het zei.
‘Is toch zo?’ Hij reageerde getergd. ‘En hij raadde me aan om het mijn moeder te vertellen.’
‘Heeft hij ook gelijk in,’ zei Luc. ‘Hoe moeilijk dat misschien ook is.’
Terence gezicht vertrok nu nog meer. ‘Daar ben ik nog niet aan toe.’
Ik schok van de starheid van zijn gezicht. Vuurspugende ogen. Hij zei het heel beslist.
‘Geef het de tijd,’ zei ik.
Hij haalde zijn schouders op en vertok naar zijn kamer.
‘Doorbraak,’ zei Luc voor zich uit. ‘Al zijn we er nog lang niet.’

Later op de avond kwam hij weer naar beneden. Hij volgde het nieuws. Toen dat afgelopen was keek hij even naar Luc.
‘Mag ik wat vragen?’
‘Tuurlijk,’ zei Luc.
‘Waarom zeg jij altijd dat je weet waar je over praat als ik het alleen wil oplossen? Heb jij ook zoiets meegemaakt?’
‘Gelukkig niet,’ zei Luc, ‘tenminste, niet zoals jij. Bij mij vertrok die lul uit het team, niet ik.’
‘Waarom zeg je het dan?’ Hij zei het niet vijandig maar nieuwsgierig.
Luc zuchtte en begon zijn hele verhaal te vertellen. Van het uit elkaar gaan van ons, de vriendin die hem bedrogen had, het festival, zijn vlucht naar Frankrijk en Oostenrijk.
‘Ben jij hem echt gaan zoeken?’ vroeg Terence aan mij.
Ik knikte.
‘Wow.’
Ik glimlachte. ‘Zou Yannick ook doen, weet ik zeker.’
Terence glimlachte verliefd voor zich uit. Ik raakte hem met die opmerking. Hij snapte wat ik bedoelde.
‘Daarom zeg ik het Terence,’ zei Luc serieus. ‘Praat alsjeblieft. Wij kunnen je helpen. En Yannick ook. Al was het alleen maar door te luisteren. Je moet niet alles opkroppen.’
‘Weet ik ook wel,’ zei Terence zacht. ‘Maar dat is niet makkelijk.’
‘Weet ik, jongen. Maar het is echt zo.’
‘Ik ga naar bed,’ zei hij en stond op.
‘Welterusten Terence,’ zeiden Luc en ik tegelijk.
Bij de deur keek hij nog even om.
‘Dank je wel,’ zei hij zachtjes tegen Luc.

Een dag later kwam hij laat thuis. Hij was de hele avond bij Yannick geweest. Hij was weer stil, gezicht op onweer.
‘Hallo,’ zei hij timide, ‘ik ga naar bed.’
Zijn ogen waren rood.
‘Terence, wat is er?’ vroeg ik bezorgd.
‘Niks.’
‘Je hebt gehuild,’ zei ik, ‘kom even zitten.’
Hij bleef in de deuropening staan, maar ging niet weg.
‘Is er iets gebeurd?’
Opgehaalde schouders. Hij stond te vechten om niet opnieuw in tranen uit te barsten. Dit ging niet goed. Ik stond op en liep langzaam naar hem toe.
‘Heb je ruzie gehad met Yannick?’
Hij schudde zijn hoofd.
‘Hij heeft het zijn ouders verteld,’ fluisterde hij ineens.
Ik keek naar zijn gezicht en maakte me zorgen. Ik zag dat Luc hetzelfde deed. Er spookten meteen allerlei rampscenario’s door mijn hoofd. Ik was bang dat ze er niet goed op gereageerd hadden, hen verboden hadden nog met elkaar om te gaan.
‘Ging het niet goed?’ vroeg ik voorzichtig.
‘Jawel,’ begon hij zacht en barstte toen in tranen uit.
Ik pakte hem vast en trok hem tegen me aan.
‘Jongen toch,’ fluisterde ik tegen zijn kruin, ‘vertel het eens. Gooi het er eens uit.’
Hij probeerde zijn ademhaling onder controle te krijgen.
‘Wat zeiden ze dan?’ vroeg ik zacht.
Hij bedaarde weer wat. ‘Zijn vader lachte ons uit. Hij had het allang door en moest lachen om onze pogingen om het verborgen te houden.’
Ik grinnikte.
‘Hij vond het wel ok.’
‘Mooi toch,’ zei ik. ‘En zijn moeder?’
Hij begon weer vreselijk te huilen. ‘Die gaf me een knuffel,’ probeerde hij te zeggen.
‘Hé,’ zei ik terwijl ik hem stevig vasthield en hem heen en weer wiegde, ‘da’s toch mooi?’
Hij huilde door, kon niets meer zeggen. Hij knikte maar een keer. Luc zat als genageld in de bank, keek naar me met een bezorgde blik. Ik trok een gezicht waarmee ik wilde zeggen dat ik er ook niets van begreep. Ik liet hem maar even bedaren, wreef geruststellend over zijn rug.
‘Ik moet over twee weken mee met hun op vakantie. Ze hebben een huisje geboekt in die vakantieweek.’ Hij zei het zuchtend, met korte ademstootjes tussen ieder woord.
‘Gaaf,’ zei ik, ‘hebben wij ook een weekje rust.’
Hij probeerde te lachen.
‘Gaat het weer?’
Hij haalde zijn schouders op.
‘Mooi dat ze zo reageren,’ zei ik.
Zijn ogen werden rood. ‘Ik hoorde er nu helemaal bij, zei zijn moeder.’
Hij begon weer te huilen, met lange halen. Ik snapte er niets meer van.
‘Wat is er toch, jongen?’
‘Waarom kan dit thuis niet,’ huilde hij ineens.
‘Waarom zou dat niet kunnen,’ zei ik zacht.
‘Die reageert hier nooit normaal op. Waarom is niet iedereen zoals jullie en de ouders van Yannick?’
Daar zat het hem dus in.
‘Jullie zijn zo lief voor me, zijn ouders ook. Ik weet niet of ik dat wel verdien.’
Ik keek naar Luc. Die kwam aan bij hem, die opmerking. Dat verwachtte ik al. Luc slikte. Hij haalde een keer diep adem en stond toen op. Hij nam Terence van mij over en hield hem stevig vast.
‘Als iemand dat verdient ben jij dat wel, Terence. Vergeet dat nooit.’
Zijn stem klonk niet vast. Ik moest ook slikken. Terence haalde zijn schouders weer op, zijn gezicht weggedrukt in de trui van Luc.
‘Als er iemand aan jouw geluk komt, dan krijgt die met mij te doen,’ zei Luc strijdbaar.
‘En met mij,’ zei ik.
‘En met Yannick,’ zei Luc er achteraan.
Terence probeerde zijn ademhaling onder controle te krijgen.
‘Kun je beginnen met mijn moeder,’ zuchtte hij.
‘Terence,’ zei Luc terwijl hij hem probeerde aan te kijken, ‘iedereen is bang om het zijn ouders te vertellen. Maar je blijft haar zoon jongen. Ze laat je echt niet vallen.’
‘Zij wel,’ zei hij dwars.
‘Dat denk je maar.’
‘Nee,’ zei Terence heel beslist.
Ik zuchtte een keer. Typisch Terence weer.
‘Je heb denk ik een verkeerd beeld van haar,’ zei ik.
‘Wat weet jij daar nou van,’ blafte hij ineens naar mij.
Ik schrok. Terence zelf ook.
‘Sorry,’ zei hij zacht en zuchtte.
Luc streelde zijn rug, hield hem weer even dicht tegen zich aan.
‘Geeft niet,’ zei hij zacht.
Terence zuchtte, snifte een keer.
‘Zo is ze. Klaar.’ Hij zei het rustig, zakelijk bijna.
Luc schudde zijn hoofd.
‘Sinds ze van haar broer weet dat hij homo is,’ zei Terence strak, ‘heeft ze hem nooit meer willen zien.’

© 2007 Oliver Kjelsson